Kamer tevreden met deal over chemische wapens Syrië
DEN HAAG. De Kamer is tevreden met de deal die is gesloten met Syrië over ontmanteling van de chemische wapens in dat land en dat de dreigende Amerikaanse aanval op Syrië voorlopig van de baan is.
Wel vroegen diverse fracties tijdens een Kamerdebat donderdagmorgen de schuldigen aan de gifgasaanval op 21 augustus in Syrië voor het Internationaal Strafhof te dagen.
Enkele partijen drongen verder aan op verbetering van de humanitaire hulp aan Syrische vluchtelingen. Andere landen zouden meer moeten en kunnen doen.
Voordewind (CU) vestigde de aandacht op een recente aanval door gewapende milities op het christelijke dorpje Maalula.
Zijn SGP-collega Van der Staaij stelde dat christenen daar zich „ernstig in de steek gelaten voelen door de internationale gemeenschap.” Toen in 2001 de taliban boeddhabeelden te Bamiyan in Afghanistan verwoestten, spraken veel regeringsleiders daarover hun afschuw uit, terwijl het nu stil blijft over de vernietiging van christelijk erfgoed in Maalula.
Hij vroeg ook om hulp aan christelijke vluchtelingen uit Syrië.
PVV’er De Roon bepleitte dat islamitisch geweld tegen christenen in Syrië moet worden aangekaart.
De Kamer werd voorafgaand aan het debat achter gesloten deuren bijgepraat door minister Timmermans (Buitenlandse Zaken) over de gifgasaanval op 21 augustus.
In een brief aan de Kamer meldde Timmermans woensdag enigszins „optimistisch” te zijn over een politieke oplossing voor het conflict in Syrië nu dat land bereid lijkt zijn chemische wapens onder internationaal toezicht te stellen en de VS en Rusland het eens zijn geworden over de strategie omtrent Syrië.
„Het is van groot belang dit momentum te benutten om alle partijen bij het Syrische conflict om de onderhandelingstafel te krijgen”, aldus de bewindsman in zijn brief. „De inzet van de komende tijd zou dus tevens gericht moeten zijn op de hervatting van het politieke proces.”