Bush: Niet weg tot we Saddam hebben
De Amerikaanse strijdkrachten zullen Irak en Afghanistan pas kunnen verlaten als de voortvluchtige ex-president Saddam Hussein en al-Qaida-leider Osama bin Laden zijn opgepakt. Dat heeft de Amerikaanse president Bush in een vraaggesprek met The Financial Times van vrijdag gezegd.
Volgens Bush is het opsporen van Saddam en Bin Laden onderdeel van het takenpakket van de Amerikaanse militairen in Irak en Afghanistan. „We gaan er pas weg als de klus is geklaard. Punt!”, aldus het Amerikaanse staatshoofd in de zakenkrant.
Toch groeit in de VS de kritiek op het beleid van Bush omdat men vermoedt dat hij eropuit is alle verantwoordelijkheden zo snel mogelijk over te dragen aan de Irakezen -inclusief de militaire en politietaken- zodat de Amerikaanse troepen volgend jaar zouden kunnen beginnen om Irak te verlaten.
De verblijfplaats van Saddam Hussein en Osama bin Laden is overigens niet bekend. De Amerikanen vermoeden dat de leider van al-Qaida zich schuilhoudt in Afghanistan, nabij de grens met Pakistan. Geregeld duiken er ook berichten op dat Bin Laden in Pakistan is, waar hij bescherming zou genieten van machtige regionale stamleiders. Saddam Hussein zit volgens Washington nog gewoon in Irak. Volgens de jongste mededelingen van het Pentagon bevindt het gevallen staatshoofd zich in de regio rond Tikrit, zijn geboortegrond.
De Amerikaanse generaal John Abizaid, die verantwoordelijk is voor Amerika’s militaire operaties in Irak, verhuist zijn staf van zijn hoofdkwartier in Florida naar de Golfstaat Qatar in verband met het toenemende geweld in Irak. Het was ook vanuit Qatar dat de Amerikanen in het voorjaar de invasie van Irak coördineerden, maar daarna keerde de staf van CentCom (Central Command) terug naar Florida.
Nu de situatie in Irak ernstiger wordt, vindt Abizaid het praktischer om naar Qatar terug te keren. „Wij zitten er dan dichter op, inlichtingen kunnen sneller uitgewisseld en verwerkt worden en wij kunnen sneller reageren”, aldus de generaal, die schat dat de Amerikaanse en de geallieerde troepen in Irak te maken hebben met een georganiseerde groep van ongeveer 5000 fanatieke tegenstanders.
„Dat lijkt misschien weinig, maar deze mensen zijn tot alles in staat en ze beschikken over voldoende wapens en geld. Zij weten dat zij ons niet kunnen verslaan, maar zij proberen met hun niet aflatende aanvallen onze wil om Irak te hervormen tot een democratie te breken”, zei Abizaid donderdag tijdens een persconferentie. Na de recente aanvallen maakte de Japanse regering donderdag bekend dat men voorlopig geen troepen naar Irak stuurt. Zuid-Korea liet weten dat men het bij 3000 man laat. Dat is minder dan waarop de Amerikanen hadden gerekend.
Bush bevestigde donderdag dat Washington streeft naar een versnelde overdracht van de verantwoordelijkheden aan de Irakezen. Volgens The New York Times is een nieuwe grondwet geen prioriteit meer voor Washington. De voorlopige Iraakse Bestuursraad zou die nieuwe grondwet half december moeten presenteren, maar men heeft zelfs nog niet beslist wie de grondwet moeten schrijven. De Bestuursraad heeft overigens laten weten dat men met onmiddellijke ingang de verantwoordelijkheid voor het bestuur in Irak wil overnemen.
Amerika’s stadhouder in Irak, Paul Bremer, keerde donderdag uit Washington terug met nieuwe instructies. Hij zal met de Bestuursraad overleggen over het houden van verkiezingen volgend jaar zomer, eventueel voordat er een nieuwe grondwet is. De Amerikanen willen de raad ook eventueel uitbreiden, maar daarover bestaat nog geen zekerheid.