Vijf vragen aan minister Ploumen
AMMAN (ANP). Minister Lilianne Ploumen van Ontwikkelingssamenwerking geeft 17 miljoen euro extra aan de opvang van Syrische vluchtelingen. Hieronder vijf vragen en antwoorden over nut en noodzaak van dat geld.
Nederland heeft eerder al 42 miljoen euro uitgetrokken voor dit doel. Waarom maakt u nu weer geld vrij?
„De vluchtelingenstroom wordt alleen maar groter. Dit is de ergste humanitaire crisis in de wereld nu. Je hoort overal dat er veel meer noden zijn dan middelen beschikbaar. Bovendien zijn de winters heel erg streng. Er is dus materiaal zoals dekens en kachels nodig om het leven van de vluchtelingen draaglijk te maken.”
Is 17 miljoen euro genoeg?
„Er is veel meer nodig, maar dit is alles wat ik nu vrij kon maken. Hopelijk is het ook een aanmoediging voor andere landen om eveneens te gaan geven. Recent doneerde de EU al 400 miljoen euro en ook andere landen doen hun best om gelden beschikbaar te stellen.”
Kunnen we ook op andere manieren helpen?
„Nederland heeft veel expertise op het gebied van afvalmanagement, water en ruimtelijke ordening. Die kennis kunnen we delen. Burgemeesters zitten in Libanon in de knel omdat er door de stroom vluchtelingen simpelweg te veel afval is. Daarbij kunnen wij helpen.”
En vluchtelingen in Nederland opvangen?
„Donderdag is er een debat over de eventuele opvang van Syrische vluchtelingen in Nederland. Er wordt nu bekeken wat we kunnen doen aan directe opvang. Maar als ik mensen hier spreek, willen de meesten graag terug naar huis. In het algemeen vindt het kabinet opvang in de regio het belangrijkst. Je klampt je toch vast aan alles wat bekend is, denk ik.”
U heeft de vluchtelingen in illegale tentenkampen in Libanon bezocht. Hoe gaat het met hen?
„De situatie waarin mensen zijn beland, is naar en akelig. Het is voor mensen ontzettend moeilijk om in deze omstandigheden te leven. Veel mensen uit Syrië zijn mensen zoals jij en ik: ze hadden een huis, een baan, een auto. Zij raken door de reserves heen en moeten om hulp vragen.”