HHK organiseert dag voor diaken in crisistijd
”Dienen in crisistijd”, luidt het thema van twee regionale toerustingsdagen die de generale diaconale commissie van de Hersteld Hervormde Kerk organiseert. Een vooruitblik met de hoofdspreker van die dagen, P. Schalk van de Reformatorisch Maatschappelijke Unie (RMU), en met ds. J. Joppe, voorzitter van de commissie.
Vragen rond ontslag, teruglopende inkomsten en afnemende voorzieningen passeren de revue, zaterdag in Oud-Beijerland en volgende week zaterdag in Elspeet. De grote vraag daarbij is: Zijn diakenen in staat om op een juiste wijze te reageren op de vragen en hulpvragen die aan hen worden gesteld?
Hoe bent u op het thema ”Dienen in crisistijd” gekomen?
Ds. Joppe: „Heel wat mensen hebben te maken met de gevolgen van de economische crisis. Als generale diaconale commissie (GDC) ontvangen we vragen van diakenen over hoe men in bepaalde situaties het beste kan handelen. Tot hoever strekt de hulp die je biedt, als bijvoorbeeld een eenmanszaak van een gemeentelid dreigt om te vallen? De situaties kunnen heel complex zijn.”
P. Schalk, directeur van de RMU, vindt het bijzonder dat dit thema door de commissie is opgepakt. „Binnen de RMU merken we aan het aantal ledenzaken dat de crisis nog steeds doorgaat. De RMU behandelt ruim 5000 zaken per jaar. Dat is ongeveer 20 procent meer dan voor de crisis. Er zijn dus veel meer mensen in moeilijke situaties terechtgekomen.”
Wat zal uw insteek zijn op de toerustingsdagen?
Schalk: „Verlies van een baan betekent ook heel vaak financiële zorgen, spanning op de huishoudbudget. Dat is, zeker in het begin, meestal verborgen voor de omgeving. Vandaar dat mijn insteek zal zijn dat diakenen zich nog meer moeten realiseren wat hun primaire taak, sterker nog: hun ambtelijke roeping is. Ik zal zeggen dat ze, meer dan in het verleden, alert moeten zijn op de gemeente die aan hun zorgen is toevertrouwd. Dat heeft dus ook iets herderlijks in zich: Hebben wij in de gaten dat het met een van de schapen misgaat?”
Betekent ”Dienen in crisistijd” dat je als diaconie wat ruimhartiger moet uitdelen?
Ds. Joppe: „Als de diaconie de mogelijkheden daartoe heeft, kan er best wat ruimhartiger worden gegeven. Uiteraard wel nadat de diaconie inzicht heeft gekregen in de financiële situatie van een gezin. Tegelijkertijd is het van belang om te kijken hoe men praktisch gemeenteleden kan dienen die door de financiële crisis in moeilijkheden zijn geraakt. Regelmatig vragen naar de situatie, een luisterend oor bieden, met hen meedenken, is heel belangrijk. En wat te denken van het gebed. Zelf spreek ik op de toerustingsdagen over het thema ”Gebed in crisistijd”, toegespitst op de vierde bede van het Onze Vader: Geef ons heden ons dagelijks brood.”
Schalk: „Diakenen dienen altijd, als het goed is. De bijzondere omstandigheden van de crisis vragen om een grote betrokkenheid op het welzijn van de gemeente. Dat kan betekenen dat er meer wordt gegeven, uitgedeeld. Natuurlijk moeten ze goed letten op de inzameling en met voorzichtigheid uitgeven. Maar dat is niet de kern. De diaconie is geen bedrijf dat meer of minder winst maakt, of dat meer of minder uitgeeft. Het gaat bij ”Dienen in crisistijd” om iets anders. Het gaat erom of de diakenen persoonlijk, en als college, hun ambtelijke opdracht voor Gods aangezicht hebben uitgevoerd.”
Wanneer moet je als diaconie je taak uit handen geven?
Ds. Joppe: „Als diaconie ben je geroepen om de gemeente bij te staan in het levensonderhoud, niet om een bedrijf overeind te houden.”
Schalk: „De diaconie mag haar primaire taak niet uit handen geven. Maar ze moet er ook voor waken dat ze geen oneigenlijke taken op haar bordje krijgt. Dat is een zoektocht. Ik probeer duidelijk te maken waar de grenzen liggen, in de wetenschap dat er soms wel begeleiding is naar of juist naast een professionele hulpverlener.”
Heeft uw commissie de afgelopen tijd te maken met extreme groei van het aantal hulpvragen?
Ds. Joppe: „Het aantal hulpvragen dat we als GDC ontvangen is nog heel gering. Ook is er nog geen beroep gedaan op het landelijke fonds ondersteuning diaconieën, als het budget van de plaatselijke diaconie ontoereikend is. Dat komt doordat het arbeidsethos, de wil en de verantwoordelijkheid om te werken, binnen de gereformeerde gezindte over het algemeen groot is. Men weet van aanpakken, ook al moet men soms heel ander werk gaan doen. In sommige gevallen springt de familie bij. Daarnaast is de drempel om naar de diaconie te gaan best hoog. Belangrijk is het daarom dat de diakenen een antenne hebben voor de nood die er kan zijn. Daarvoor is ook de rest van de gemeente verantwoordelijk.”
Is het werk van de RMU door de crisis nog wel te vergelijken met dat van tien jaar terug?
Schalk: „Het werk van de RMU is geïntensiveerd. We proberen in te spelen op de nieuwe situatie. Zo is deze week de website van de RMU (rmu.nu) vernieuwd. De vacaturebank heeft hierop een prominente plaats gekregen.
Daarnaast sturen we in de loop van de komende week een brief aan diaconieën van de kerkgenootschappen in de achterban waarin praktische informatie wordt gegeven. Verder staat in de brief dat de RMU als vraagbaak kan functioneren voor diakenen of voor de mensen die aan hun zorgen zijn toevertrouwd.”