Christen eerst pelgrim, dan rentmeester
Een christen is allereerst pelgrim en daarna ook rentmeester. Dat maakt verschil in het dagelijks leven, stelt dr. P. de Vries.
Voor christenen begint de week met de dag des Heeren. Dat is eigenlijk een nog veel betere naam voor de eerste dag van de week dan ”zondag”. Op de eerste dag van de week komen christenen samen om het Woord van God, het Evangelie van Gods genade te horen. Kern daarvan is dat Jezus Christus redt van de toekomende toorn en er door Hem toegang is tot de Vader. Wie werkelijk in Christus mag geloven, heeft het geloof als een gave van de Heilige Geest ontvangen. Daarom mogen we ook zeggen dat in de samenkomsten van de christelijke gemeente waar het Woord van God wordt gepredikt, de Drie-enige God wordt verheerlijkt.
Een vorige generatie werd ook doordeweeks op allerlei manieren met het christelijk geloof geconfronteerd. Een veel groter deel van de bevolking behoorde toen nog bij de kerk. Bovendien werd de samenleving als geheel nog gestempeld door christelijke normen en waarden. Hoe moet in onze tijd de relatie worden gelegd tussen wat wij op de eerste dag van de week horen van het Evangelie van verzoening door Christus’ bloed en vernieuwing door Zijn Geest en het dagelijks leven?
Koninkrijk van God
Het is heel verdrietig als wij van mening zijn dat dit Evangelie eigenlijk alleen directe betekenis heeft op de zondag en dat het doordeweeks alleen over andere, materiële dingen gaat. Wie zo leeft, leeft in twee werelden. Echter, een christen leeft in één wereld. Door Gods genade zijn zijn zonden vergeven en is hij een pelgrim geworden op reis naar het nieuwe Jeruzalem. Het is ondenkbaar dat je op zondag wel een pelgrim bent en doordeweeks niet.
Nu is een christen naast pelgrim ook rentmeester. Ook hier op aarde hebben wij een taak. Betekent dit dan dat wij ons buiten de eerste dag van de week alleen maar op het rentmeesterschap moeten richten? Hier gaan de wegen van de klassieke en de liberale theologie uiteen. Kenmerkend voor alle meer liberale vormen van theologie is dat, ook al worden het toekomende oordeel en de toekomende heerlijkheid niet volstrekt ontkend, zij ondergeschikt worden gemaakt aan de taak van een christen hier op aarde.
Volgens de klassieke theologie komt een mens tot zijn diepste bestemming als hij verzoening vindt met God door het bloed van Christus en vernieuwd wordt door Gods Geest. De insteek van de liberale theologie is echter dat de diepste bestemming van mensen is dat zij verantwoordelijkheid nemen en dragen voor zichzelf en voor anderen, waardoor zij een waardig leven kunnen leiden. Dit wordt dan gekoppeld aan het Bijbelse begrip ”koninkrijk van God”. Wij zouden hier op aarde tekenen van Gods koninkrijk moeten oprichten.
Wie het zo ziet, meent dat hij een relatie legt tussen de Bijbel en het leven van alledag. Echter, hij zal er niet van op moeten kijken als een niet-christen reageert: „Zo zie ik het ook, maar daarvoor heb ik de Bijbel en de kerk niet nodig.” En dan heeft eerlijk gezegd een niet-christen gelijk. Het Koninkrijk van God is niet van deze wereld. Door het oordeel heen, dat wij alleen zonder vrees kunnen passeren als wij in Christus geborgen zijn, breekt het Koninkrijk Gods in alle heerlijkheid aan.
Daniël in Babel
Hier op aarde is het Koninkrijk van God daar te vinden waar mensen vernieuwd zijn door het Evangelie. Dan laten de apostolische vermaningen zien hoezeer dat alle levensrelaties doortrekt. Echter, wij mogen nooit van Gods Koninkrijk spreken los van het verbonden zijn met Christus en het dagelijkse vluchten tot Christus als de volkomen Zaligmaker. De boodschap van het kruis en van de afhankelijkheid van Gods Geest is er voor alle dagen van de week.
Waar de christelijke kerk tot bloei komt, zal dat ook in de samenleving merkbaar worden. In navolging van wat Augustinus heeft geleerd in zijn werk ”De stad van God” is niet alleen in de klassiek lutherse maar ook in de klassiek gereformeerde theologie onderstreept dat de gerechtigheid in de samenleving niet met de gerechtigheid van Gods Koninkrijk gelijk mag worden gesteld, maar slechts een burgerlijke gerechtigheid is. Daarmee werd niet bedoeld de grote waarde van de laatste vorm van gerechtigheid te ontkennen, maar werd wel het afgeleide en betrekkelijke karakter ervan onderstreept.
Laten wij op aarde ons rentmeesterschap betrachten, opdat in allerlei verbanden iets van aardse en burgerlijke gerechtigheid te zien valt. Laten we echter allereerst Gods Koninkrijk zoeken, dat niet van deze wereld is, en anderen daartoe aansporen. Voor een ware christen staat het leven alle dagen van de week in het teken van het pelgrimschap. Hij is als een Daniël in Babel. Hij zet zich in voor het welzijn van de aardse samenleving, maar ziet uit naar het nieuwe Jeruzalem. Wie geen pelgrim is, gaat in ieder geval het nieuwe Jeruzalem niet binnen. Wie het wel is en zo rentmeester wenst te zijn, maakt aan de wereld duidelijk dat het echt uitmaakt of wij christen zijn of niet.
De auteur is docent Bijbelse theologie aan het Hersteld Hervormd Seminarie.