Het Nibud adviseert ouders om met zakgeld te beginnen als hun kinderen zes jaar oud zijn. Vanaf die leeftijd leren ze namelijk rekenen. Dat al zoveel kinderen van vijf zakgeld krijgen noemt het instituut verrassend.

Hoe ouder het kind, hoe groter de kans dat het zakgeld krijgt, zo blijkt uit de Nibud-cijfers. In totaal krijgt 69 procent van de basisscholieren zakgeld. De meeste kinderen met zakgeld krijgen tussen de 1,50 en 2,30 euro per week. Kinderen die iets leuks willen kopen van hun gespaarde zakgeld moeten daar vaak verplicht over nadenken of dit met hun ouders overleggen.

Zo’n 14 procent van de kinderen krijgt geen zakgeld omdat de ouders het geld er niet voor hebben.

Uit het onderzoek bleek ook dat een derde van de kinderen op de basisschool een mobiele telefoon heeft. Van de basisschoolleerlingen van 10 jaar of ouder heeft 64 procent een mobieltje. De meeste ouders betalen de telefoonkosten van hun kind.

Het Nibud moedigt het geven van zakgeld aan omdat kinderen daarvan zouden leren om met een budget om te gaan.