Carel Anton ter Linden (Amersfoort, 1933) studeerde rechten en theologie, was enkele jaren legerpredikant en stond vervolgens in de hervormde gemeenten van Hoogvliet en Oegstgeest.

Van 1983 tot aan zijn emeritaat in 1999 was hij verbonden aan de Kloosterkerk in Den Haag. In deze tijd leerde hij de koninklijke familie kennen, waarmee hij een goede band kreeg. De predikant bevestigde de huwelijken van de zonen van prinses Beatrix en prins Claus. De drie jongens volgden ook catechisatie bij hem. Hij doopte verder Amalia –nu kroonprinses– en de kinderen van prins Constantijn. Ook leidde hij de uitvaart van prins Claus en prins Bernhard. Friso’s dochters werden op Paleis Huis ten Bosch gedoopt door Huub Oosterhuis.

Enkele maanden geleden kwam ds. Ter Linden in het nieuws door de publicatie van zijn boekje ”Wat doe ik hier in godsnaam?”. Daarin schrijft hij dat hij niet meer in een persoonlijke God gelooft of in een leven na de dood.

In juni zei hij in een interview in deze krant dat hij een vrijzinnig predikant wordt genoemd, hoewel hij zichzelf nooit zo zou noemen. Hij vertelde ook dat hij een ontwikkeling in zijn denken heeft doorgemaakt en vroeger anders over God en het hiernamaals dacht. „Vroeger geloofde ik in de schepping. Ik zag God als een van mensen onafhankelijk Wezen. Een God die weliswaar niet ingrijpt, maar daar dan kennelijk een bedoeling mee heeft.

Ook geloofde ik in een leven na de dood, want, dacht ik, dan zal ik eindelijk God zien. Ik heb die verwachting al in de loop van mijn predikantschap losgelaten. Ik wil benadrukken dat ik niemand iets wil afnemen. Om te beginnen heb ik hiermee mijzelf iets afgenomen. Want wat zou ik mijn lieve vrouw graag terugzien.”