De stijging van de winst werd volgens Van Lanschot veroorzaakt door aanzienlijke kostenbesparingen en hogere provisie-inkomsten. Onderliggend zette de bank een winst neer van 37,7 miljoen euro. Dat was een jaar terug nog 19,6 miljoen euro. Topman Karl Guha sprak van een „bemoedigend herstel van de winst”.

Van Lanschot liet verder weten dat de kapitaalbasis verder is versterkt. De kernkapitaalratio (core tier 1) steeg in de eerste jaarhelft van 11 procent naar 12,5 procent. De bank is naar eigen zeggen goed op weg om de ratio op het voor de lange termijn gewenste niveau van 15 procent te brengen. De toevoeging aan de kredietvoorziening was vrijwel stabiel op 41,5 miljoen euro.

Het totale vermogen dat Van Lanschot onder beheer heeft, is licht gedaald, van 52,3 naar 51,3 miljard euro. Dat komt mede door een afname van spaargelden en deposito’s. De bank wees daarbij op de scherpe concurrentie op de Nederlandse spaarmarkt, en het feit dat veel klanten spaargeld gebruiken om leningen af te lossen of te beleggen.

De uitvoering van de strategie die Van Lanschot in mei ontvouwde, ligt „op koers”. De bank wil zijn klantenbasis verbreden door zich niet meer uitsluitend op de zeer vermogenden te richten. Ook wordt het aantal diensten dat online wordt aangeboden, flink uitgebreid. De zakelijke kredietportefeuille wordt op termijn afgebouwd. De oprichting van een nieuw bedrijfsonderdeel dat daarvoor verantwoordelijk wordt, is „in volle gang”.