KNRM: gestrande potvis is dood
De gestrande potvis op Terschelling is niet meer in leven. Dat meldt de Koninklijke Nederlandse Redding Maatschappij (KNRM).
Het dier spoelde aan het begin van de middag aan ter hoogte van paal 26. Onder meer opvangcentrum SOS Dolfijn, een Terschellings sleep- en bergingsbedrijf, de KNRM en het ministerie van Economische Zaken waren betrokken bij de reddingsactie, maar die mocht niet meer baten.
Maandagmiddag leefde het dier nog wel, al was zijn vooruitzicht volgens het ministerie van Economische Zaken „niet gunstig”.
Simon Smit, eigenaar van sleepbedrijf Noordgat: „Toen we na de melding rond kwart over 3 naar het strand gingen, had het dier zijn ogen nog open, ademde hij nog en zwabberde hij nog met zijn staart.” Met touwen en ingegraven ankers hebben Smit en vier anderen een diepe geul rondom de potvis gegraven en lukte het ook om het dier te draaien, zodat hij weer met zijn kop naar de zee lag. „Daarna had hij zelf een klap met zijn staart moeten geven om weg te gaan.”
„Maar rond 6 uur ademde hij bijna niet meer en zag je ’m als het ware inkrimpen. Dat gaat je wel aan het hart hoor, als je daar met vijf stoere mannen staat en zo’n beestje met grote ogen naar je ligt te kijken.” Eerder lukte het het sleepbedrijf wel om twee grote vissen bij Vlieland te redden. „Maar dit is heel zuur.”
Een schip van het Terschellings bergingsbedrijf Rederij Noordgat heeft een geul gemaakt om ervoor te zorgen dat de gestrande potvis eventueel kon terugkeren naar open zee.
Bij de stranding van bultrug Johanna eind december bij Texel ontstond onenigheid over de aanpak van de reddingsoperatie. De bultrug overleed.
Staatssecretaris Sharon Dijksma (Economische Zaken) heeft deze maand een protocol voor de stranding van walvisachtigen naar de Tweede Kamer gestuurd. Daarin staat onder meer wie over de reddingsactie gaat. Een belangrijk element is verder dat een reddingsactie geen zin meer heeft als een levende walvis al 12 uur op het strand ligt.
SOS Dolfijn is een opvangcentrum voor kleine walvisachtigen dat gevestigd is op het Dolfinarium in Harderwijk.