ING verwacht voor 2014 een minieme economische groei van 0,1 procent. Daarmee zijn de economen van de bank veel pessimistischer dan instanties als het Centraal Planbureau (CPB) en het Internationaal Monetair Fonds (IMF). Die gaan voorlopig uit van een groei met 1 procent.

Nederland kan volgend jaar profiteren van het aantrekken van de wereldhandel, maar de verwachte toename van de export wordt volgens ING overschaduwd door de verdere daling van de binnenlandse bestedingen. Mede door de aanhoudende bezuinigingen neemt de consumptie volgens de economen volgend jaar voor het vierde achtereenvolgende jaar af.

Volgens ING raakt Nederland steeds verder achterop bij andere kernlanden van de eurozone als België, Duitsland, Frankrijk en Oostenrijk. Daar is de economie sinds de recessie van 2009 met 4 tot 8 procent gegroeid, in Nederland slechts met in totaal 1 procent. De bank wijt dit vooral aan de problemen op de huizenmarkt. Terwijl de huizenprijzen in Nederland daalden, werden huizen in de andere kernlanden meer waard. De lagere huizenprijzen en groeiende restschulden zetten in Nederland een rem op de bestedingen.

ING benadrukt dat de economie er structureel niet slecht voorstaat. Het herstel wordt volgens de bank echter beperkt door de vele bezuinigingen, die de groei op korte termijn afremmen. ING vindt in dat verband dat er op het verkeerde moment te hard in de overheidsuitgaven wordt gesneden.