Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) maakte dinsdag bekend dat Nederlandse gemeenten dit jaar een totaalbedrag van 162 miljoen euro aan toeristenbelasting verwachten binnen te halen. Dat is 36 procent meer dan in 2008. Van alle belangrijke gemeentelijke heffingen steeg de toeristenbelasting het sterkst over de laatste 5 jaar.

„De toeristenbelasting is bedoeld om de extra kosten van onderhoud aan bijvoorbeeld wegen op de toerist te kunnen verhalen, maar het is nu niet inzichtelijk waar de gemeenten die inkomsten aan uitgeven”, stelt Hans Vugts, bestuurslid van KHN.

Ook ondernemersorganisatie VNO-NCW ziet de belasting het liefst ter ziele gaan. „De ondernemers hebben te maken met oneerlijke concurrentie met hotels in andere steden en het buitenland. Toeristen die in het buitenland vakantie vieren, stimuleren de Nederlandse lokale economie niet. In deze crisis kan de Nederlandse economie elke euro goed gebruiken.”

De organisatie vindt dat de rijksoverheid daarom moet ingrijpen en er op zijn minst voor moet zorgen dat de tarieven scherp omlaaggaan. Ondernemers in de horeca zouden daarnaast inspraak moeten krijgen in de besteding van de opbrengsten van deze belasting.

De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) vindt de kritiek onterecht. Volgens de VNG geven de gemeenten meer uit aan toeristische voorzieningen dan het totaalbedrag dat ze ophalen aan belasting.

„De toeristenbelasting komt bij de algemene middelen terecht en gemeenten kunnen zelf kiezen wat ze daarmee doen. Het ene jaar kiest een gemeente ervoor om een toeristische attractie te verbeteren en het andere jaar de infrastructuur, maar dat is allebei goed voor de toeristen”, verklaart een woordvoerder van de VNG.