Volgens officier van justitie Nienhuis heeft A. een leidinggevende en organiserende rol gespeeld bij de smokkel van illegalen naar Canada. De verdachte zelf zei dat zijn aandeel maar klein was. A. gaf toe dat hij tussen mei en augustus 2000 ruim tien Pakistani naar Canada heeft helpen smokkelen. Volgens hem ging het om familieleden en kennissen en heeft hij nauwelijks aan de smokkel verdiend.

De groep vermeende mensensmokkelaars werd in mei vorig jaar opgerold na een uitvoerig onderzoek door de marechaussee van Schiphol. Het onderzoek werd opgezet, nadat er eind 2000 vanuit Canada informatie was binnengekomen dat zo’n tien Pakistani en Surinamers in Nederland zich zouden bezighouden met mensensmokkel.

Verschillende KLM-medewerkers werkten mee aan de smokkel. Ze zorgden ervoor dat illegalen in KLM-kleding via de bagagekelder langs de douane konden worden geloodst. In de slurf naar het vliegtuig namen de illegalen dan de plaats in van een passagier die normaal had ingecheckt. Voor deze service moesten duizenden guldens worden betaald.

Volgens de advocaat van A., mr. De Zeeuw, gaat het helemaal niet om een ernstig misdrijf. Hij stelde dat de officier zijn cliënt ten onrechte als grote man afschilderde. Volgens de raadsman moet op alle punten vrijspraak volgen.

Vorig jaar werden zeven andere verdachten in deze zaak nog vrijgesproken van mensensmokkel. De meeste verdachten werden wel schuldig bevonden aan oplichting en deelname aan een criminele organisatie. Daarvoor kregen ze straffen van anderhalf tot drie jaar opgelegd. Het openbaar ministerie is gisteren tegen die uitspraak in hoger beroep gegaan.

Uitspraak 5 februari.