„De crisis is schadelijk voor het Portugese volk, net nu er tekenen van economisch herstel waren”, aldus Barroso. De Portugese minister van Financiën Vitor Gaspar is opgestapt, omdat hij meent dat er onvoldoende steun bij de bevolking is voor de bezuinigingen die de regering moet doorvoeren in ruil voor financiële ondersteuning van de EU en het IMF. De centrumrechtse premier Passos Coelho - een partijgenoot van Barroso - zei dinsdagavond dat hij vasthoudt aan de bezuinigingskoers in zijn land, dat kampt met een werkloosheid van bijna 18 procent.

Andere Zuid-Europese landen hebben ook moeite met de voorwaarden voor financiële steun van de EU. De president van Cyprus, Nicos Anastiades, zoekt woensdag bij de Europese Centrale Bank in Frankfurt een verzachting van de eisen die gesteld zijn aan de bankensector, in ruil voor de 9,5 miljard euro die het land aan noodsteun krijgt.

Verder wacht Griekenland op het groene licht voor de uitbetaling van het volgende deel van de beloofde hulpleningen, ter waarde van 8,1 miljard euro. Toezichthouders van Europa en het IMF zouden echter ontevreden zijn met de vorderingen die worden gemaakt bij de aanpak van de Griekse economie. Dinsdag sprak de Europese Commissie berichten tegen dat Griekenland een ultimatum was opgelegd om aan zijn verplichtingen te voldoen.

Europese diplomaten gaven woensdag nogmaals aan dat het bedrag mogelijk in delen wordt opgeknipt om de Griekse regering verder onder druk te zetten om de benodigde hervormingen en privatiseringen door te voeren. In een ander scenario worden de hulpkredieten uitgesteld en zou Griekenland de komende maanden met korte leningen op de financiële markten zelf in zijn financiële behoefte moeten voorzien.

Maandag praten de ministers van Financiën van de eurolanden over de situatie in Griekenland.