„Mogelijk fouten bij onderzoek microplastics”
WAGENINGEN (ANP). Waarschijnlijk hebben vissen in de Noordzee veel minder plastic in hun maag dan uit eerdere onderzoeken is gebleken. Wetenschappers van onderzoeksinstituut Imares van de Wageningen Universiteit (WUR) vonden in hun onderzoek veel minder plastic, gemiddeld bij nog geen 3 procent van de onderzochte vissen. Zij denken nu dat in andere onderzoeken met vervuilde resultaten is gewerkt.
„We vermoeden dat de eerdere resultaten overschat zijn”, zegt onderzoeksleider Edwin Foekema. „Bij het verwerken van onze monsters ontdekten we dat deze snel vervuild kunnen raken door textielvezeltjes uit de omringende lucht. Dat heeft mogelijk ook de resultaten van andere onderzoeken vervuild.” Foekema roept op tot nieuw onderzoek, in gezuiverde lucht.
Onder meer wetenschappers van de Universiteit van Californië deden op 18 stranden onderzoek naar microplastics, heel kleine stukjes plastic, en vond ze overal. Microplastics trekken gifstoffen aan en worden daardoor extra schadelijk. Daarnaast is het onmogelijk om deze deeltjes op te ruimen. Ook komen veel dieren, vooral vogels, in de problemen door het plastic; ze eten het op of stikken doordat ze in het plastic vast komen te zitten.
In het onderzoek van Foekema bleken 33 van de 1203 onderzochte vissen plastic in hun maag te hebben.De stukjes plastic waren allemaal kleiner dan vijf millimeter. Er was een groot verschil tussen verschillende soorten vissen, kabeljauwen hadden relatief veel plastic, makreel en grauwe poon helemaal niets.
Het onderzoek wordt binnenkort gepubliceerd in het tijdschrift Environmental Science and Technology.