SGP deelt zorg om groep Noord-Koreanen
DEN HAAG. De SGP-Tweede Kamerfractie deelt de zorg van (christelijke) mensenrechtorganisaties over een groep van negen gevluchte Noord-Koreanen.
De groep, zeven jonge mannen en twee vrouwen onder wie waarschijnlijk een kind, ontvluchtte Noord-Korea via Laos, waar zij omstreeks 10 mei arriveerden. Tegen de wens van de Zuid-Koreaanse ambassade in stuurden de Laotiaanse autoriteiten hen echter naar China, dat hen op 28 mei terugstuurde naar hun eigen land.
Onder meer de christelijke mensenrechtenorganisatie Christian Solidarity Worldwide (CSW) sloeg daarover internationaal alarm. Noord-Koreanen die hun land ontvluchten, riskeren dwangarbeid, marteling, gevangenschap en zelfs executie, aldus mensenrechtenorganisaties. Volgens Human Rights Watch lopen de negen groot gevaar.
SGP-fractievoorzitter Van der Staaij wil van minister van Buitenlandse Zaken Timmermans weten hoe Noord-Korea valt te bewegen om duidelijkheid te geven over de negen en hen te behoeden voor vergelding. De SGP’er wil verder weten of het terugsturen van Noord-Koreaanse vluchtelingen inmiddels een vaste gewoonte is van de Laotiaanse overheid.
Voorman Mervyn Thomas van CSW liet vrijdag weten behalve bezorgd ook verbaasd te zijn over het besluit. „In het verleden stemde de Laotiaanse overheid in met verzoeken van vluchtelingen uit Noord-Korea en van de Zuid-Koreaanse ambassade om te mogen doorreizen naar Seoul. Het is duidelijk dat de Noord-Koreaanse autoriteiten in dit geval nauw betrokken geweest zijn bij het identificeren en ondervragen van de groep vluchtelingen.”