De vragen waren een reactie op de waarschuwing van ING in zijn jaarverslag dat de topbeloningen bij het financiële concern al jaren niet zijn gestegen en lager zijn dan bij andere banken. Daardoor kan volgens ING een „onhoudbare situatie” ontstaan. Dijsselbloem onderkende dat beloningen voor bestuurders in Nederland over het algemeen lager zijn dan elders in Europa. Volgens hem betekent dit echter niet dat de lonen omhoog zouden moeten.

„Gezien de diverse uitdagingen waar de sector voor staat, is het niet meer dan logisch dat zowel voor de top als de rest van een onderneming de arbeidsvoorwaarden versoberd worden”, stelde de minister. „Dit is ook redelijk gezien het forse aandeel aan steun dat de Nederlandse staat aan de financiële sector heeft verleend.”

Dijsselbloem is het met ING eens dat de beloningen van de top van het concern lager zijn dan in de door ING zelf samengestelde vergelijkingsgroep. „Desondanks ben ik van mening dat ook bij ING de beloningen omlaag kunnen, gelet op de uitdagingen in de financiële sector.”

De Kamer zette ook vraagtekens bij de salarisverhoging die medewerkers van ING hebben gekregen om afgeschafte bonussen deels te compenseren. Volgens Dijsselbloem is die verhoging echter wettelijk toegestaan.