Kerk & religie

Gods wet

Romeinen 3:31

16 May 2013 10:45Gewijzigd op 15 November 2020 03:36

„Doen wij dan de wet teniet door het geloof? Dat zij verre; maar wij bevestigen de wet.”

„De wet is goed, zo iemand die wettelijk gebruikt.” Het is wettig om daaruit Gods ernstige waarschuwing te doen weerklinken, om zo de witgepleisterde muur van eigengerechtigheid neer te halen en de valse vrede, die daarmee samengaat, te verstoren. Dit werd al afgebeeld door het vallen van de muur van Jericho bij het klinken van de ramshoorns. We moeten vasthouden aan de geestelijkheid van de wet. De wet is goddelijk, net als de Wetgever. De wet is geestelijk, maar de zondaar is vleselijk, verkocht onder de zonde (Romeinen 7:14). Als de wet in zijn geestelijke betekenis aan het hart van de zondaar wordt gelegd en zijn geestelijke eisen worden ontdekt, wordt het geweten van de zondaar geopend, zijn zonde aan het licht gebracht en komt openbaar dat hij in vreselijke banden verkeert. Toen het gebod kwam, is de zonde weer levend geworden en kwam er allerlei verdorvenheid openbaar. Door de wet is de kennis der zonde, „want ook had ik de begeerlijkheid niet geweten zonde te zijn, indien de wet niet zei: Gij zult niet begeren” (Romeinen 7:7). Er moet nadruk gelegd worden op de goedheid, de onveranderlijkheid en de eeuwigheid van de wet en zijn onbegrensde eisen om alle hoop op een verbond dat de dood brengt, weg te nemen en om de zondaar alle valse gronden en de leugens, waartoe hij de toevlucht neemt, te ontnemen.

W. Huntington,
predikant te Londen

(”De wet bevestigd door het geloof in Christus”, 1786)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer