Combat tracker ziet spoor dat ander niet ziet
ELSLOO (ANP). De landmacht en marine zoeken in twee en soms drie teams het bosgebied bij Elsloo af. Dit gebeurt om een zo groot mogelijk stuk bos zo snel mogelijk te kunnen doorzoeken. Dat zei sergeant Lars Knol van het korps mariniers donderdagmiddag in Elsloo. Knol is een van de acht zogenoemde combat trackers die meezoeken.
Een combat tracker is een specialist die sporen kan zien die anderen niet zien, zei Knol. „We zijn gespecialiseerd in het zien van minutieuze veranderingen in een terrein”, aldus de sergeant. „Bijvoorbeeld of iemand door struikgewas is gelopen. We zien dan gebroken takjes en omgebogen blaadjes.”
Het bos wordt in linie voorwaarts afgezocht. Dat gaat vrij snel, afhankelijk van het terrein. Waar veel begroeiing is en sporen zijn, gaat het zoeken snel. Waar een harde ondergrond is en weinig begroeiing, gaat het juist langzaam.
„Het terrein is voor ons niet zwaar want er is veel begroeiing. Eventuele sporen zijn makkelijk zichtbaar.” De duisternis is voor een combat tracker geen belemmering. De specialisten nemen lampen mee en vinden ook ’s nachts sporen. Woensdagavond werd de actie door de politie om half elf beëindigd. Maar de combat trackers bleven en ging tot een uur donderdagochtend door.
Om zes uur donderdagochtend begonnen de mariniers opnieuw te zoeken, om 9 uur volgde de rest.
Hoelang het leger donderdag verder zoekt, kon Knol niet zeggen. „De politie beslist of we genoeg hebben gezocht”, zei hij. „Maar dit hoeft geen dagen meer te duren”, schatte hij in. Hij wilde niets zeggen over de eventuele resultaten van de zoektocht tot nog toe.