De kloof tussen de grootste oppositiepartij, de PvdA, en de grootste coalitiepartij, Leefbaar Rotterdam (LR), als het gaat om het integratiedebat blijkt diep. De meningsverschillen over integratie en met name de islam zijn onveranderd groot. LR-aanvoerder Sörensen vindt het tijd worden om de discussie over gezinshereniging te voeren. Volgens hem is dat de belangrijkste reden waarom integratie niets anders is dan dweilen met de kraan open.

PvdA-fractievoorzitter B. Cremers noemt dat een karikatuur van de werkelijkheid. Hij verzet zich ertegen dat de islam door LR als bron van alle kwaad wordt neergezet. „De gang van zaken rond de eerstesteenlegging van de Essalam-moskee bevestigt dat”, zegt Cremers. „Daarbij traden een nurkse wethouder op die zijn gastheren beledigde en een burgemeester die opmerkelijke eisen ging stellen aan de verhouding tussen mannen en vrouwen in een religieus gebedshuis.” Cremers noemt dit een heilloos proces van polariseren.

Leefbaar Rotterdam is blij dat het college eindelijk de discussie over het deelgemeentebestel aandurft. Volgens Sörensen is dat bestel in zijn huidige vorm verspilling van gemeenschapsgeld. „Opheffen die boel”, luidt zijn oproep.

VVD-fractievoorzitter G. van Gent wil niet verder gaan dan dat taken en bevoegdheden van de deelgemeenten onder de loep moeten worden genomen.

ChristenUnie/SGP ondersteunt het college in het sluiten van de tippelzone aan de Keileweg, het aanpakken van de huisjesmelkers, het schoner maken van de stad, het bestrijden van overlastgevend gedrag en criminele activiteiten in en rond drugspanden. Fractievoorzitter A. Vlaardingerbroek is echter een fel tegenstander van het heroïneproject, dat mogelijk wordt uitgebreid, en de nieuwe laagdrempelige prostitutievoorziening. De gemeentelijke advertentie waarin een stadspooier wordt gezocht noemt hij schokkend en beneden elk niveau. Hij vraagt het college verder de politiekosten die gemaakt zijn voor evenementen aan die organisaties door te berekenen.

Het CDA had waarderende woorden voor het beleid van het college, dat zijn motto ”Geen woorden, maar waarden” nog eens onderstreepte.