Regenachtige Dam maakt zich op voor inhuldiging
AMSTERDAM. In de stromende regen zetten de veiligheidsdiensten vanmorgen op en rond de Dam in Amsterdam de laatste puntjes op de i voor de abdicatie en de inhuldigingsplechtigheid morgen.
Tientallen politieauto’s, toeristen en cameraploegen uit binnen- en buitenland bepalen het straatbeeld op en rond de Dam. Het gebied voor het koninklijk paleis en de Nieuwe Kerk is hermetisch afgegrendeld. Agenten houden de omgeving nauwlettend in de gaten.
Voor hotel Krasnapolsky staat een commandowagen van de politie. Bomverkenners, geholpen door hun Duitse collega’s, trekken putdeksels open, kijken in het donkere gat. Hun speurhond snuffelt ongeduldig. Het beest trekt zich niets aan van de regen die zijn zwarte vacht doorweekt. Als een goedkeurende knik van zijn baasje volgt, kan de boel weer dicht. „Veiligheid boven alles”, klinkt het. Met een spiegeltje checken agenten de onderkant van het terrasmeubilair.
Op het grote plein voor de Nieuwe Kerk verwijdert de reinigingsdienst van de gemeente Amsterdam lege blikjes, papieren koffiebekers en ander vuilnis. „Regen en nog eens regen”, moppert Ron in onvervalst Amsterdams. „Het is voor het feest morgen te hopen dat het beter weer wordt.” Ron gaat morgen niet naar de binnenstad. „Ik heb wel iets anders te doen. Ik moet morgennacht werken. Al die zooi van anderen opruimen. Feestvierders eten en drinken van alles en knikkeren de rommel op straat. En wie kan het opruimen? Juist, wij dus.”