Dodental instorting Bangladesh passeert 200
DHAKA (ANP/DPA). Het dodental door het instorten van een groot gebouw met onder meer kledingfabrieken in Bangladesh is opgelopen tot zeker 204. Dat heeft de politie van het Zuid-Aziatische land donderdag bekendgemaakt.
De zoektocht naar overlevenden is een dag na het instorten van het gebouw nog in volle gang. Volgens plaatselijke media klinkt nog altijd hulpgeroep uit de puinhopen. Er zijn 40 overlevenden gelokaliseerd die niet meteen gered konden worden. Reddingswerkers moeten zeer voorzichtig te werk gaan, omdat slachtoffers bekneld zitten.
Het pand in Savar, in de buurt van de hoofdstad Dhaka, stortte woensdag in. Het ongeluk heeft opnieuw de aandacht gevestigd op de soms erbarmelijke en onveilige omstandigheden waaronder arbeiders in Bangladesh produceren voor grote westerse ondernemingen.
„Dit toont opnieuw aan dat de kledingwerkers dagelijks hun leven riskeren om kleding voor ons te maken”, zegt Christa de Bruin van de Schone Kleren Campagne (SKC). Dit internationale netwerk streeft naar betere arbeidsomstandigheden in de kledingindustrie.
Duidelijk is dat een behoorlijk aantal westerse merken kleding liet produceren in het rampcomplex. Partners van SKC hebben in de puinhopen labeltjes aangetroffen van Primark en Mango; internationale ketens die ook in Nederland verkopen. C&A heeft naar eigen zeggen sinds 2011 geen banden meer met de fabrieken in Rana Plaza.
De Bruin vraagt zich af hoeveel doden nog moeten vallen in Bangladesh voordat er iets verandert. „De bedrijven weten dat het onveilig is, maar ze zijn nalatig”, stelt ze. De fabrieken voldoen vaak niet aan de brandveiligheidseisen en boven op gebouwen verschijnen lukraak extra verdiepingen.
Dat laatste is mogelijk ook bij Rana Plaza gebeurd. Toen dinsdag werd gewaarschuwd voor scheuren in het pand, bleven de vijf kledingfabrieken gewoon open. De afgelopen jaren kwamen honderden arbeiders om in Bangladesh, dat een belangrijke producent is van goedkope kleding.
Vijf maanden geleden stierven 112 mensen door een brand in de Tazreen-fabriek met tralies voor de ramen die ook produceerde voor C&A. Dat bedrijf liet daarna weten strenger te gaan controleren.