Charles moet blijven wachten
LONDEN (ANP). De Britse prins Charles gaat volgende week in De Nieuwe Kerk op herhaling. Hij was er in 1980 ook bij toen koningin Beatrix werd ingehuldigd. Zijn vrouw Camilla is voor het eerst voor een officiële gelegenheid in Nederland.
In de Britse media is begrijpelijkerwijs meer aandacht voor het aftreden van koningin Beatrix dan voor de installatie van de nieuwe koning Willem-Alexander. Er wordt steevast een vergelijking gemaakt met Charles’ inmiddels 87-jarige moeder koningin Elizabeth. Die wil van geen wijken weten.
Aftreden is voor het Britse koningshuis hetzelfde als een besmettelijke ziekte: je moet er zover mogelijk vandaan blijven. De aversie komt voort uit de gebeurtenissen in 1936, het jaar waarin Groot-Brittannië 3 koningen had. Na het overlijden van George V kwam diens zoon Edward VIII op de troon. Hij had echter een Amerikaanse vriendin met wie hij per se zijn leven wilde delen.
Het Britse establishment accepteerde dat niet, mede omdat het ging om een tweemaal gescheiden vrouw. Edward gaf de troon op en werd opgevolgd door zijn broer George VI, de vader van de huidige koningin Elizabeth. De ‘abdicatiecrisis’ heeft littekens achtergelaten bij de koninklijke familie. George VI was niet voorbereid op de zware taak, had moeite met spreken en zijn gezondheid leed onder zijn werk. Edward, die overigens nog niet was gekroond, werd plichtsverzuim verweten.
‘Dat was eens, maar nooit weer’ is nu het motto van de Windsors. Charles (64), nu al de langst wachtende ‘kroonprins’ uit de Britse historie, hoeft daarom niet op een spoedige troonsbestijging te rekenen.