Analyse: We houden de hand niet op de knip
APELDOORN. Nederland staat in de bezuinigingsmodus. Maar dat we ook massaal aan het oppotten zijn, is een misverstand. We teren juist in op ons vermogen.
Nederlanders doen nog niet echt wat premier Rutte wil. Zijn oproep eerder deze maand aan burgers om „dat beetje risico te nemen en dat huis of die auto te kopen”, lijkt aan dovenmansoren te zijn gericht; de consumptie daalt al ruim twee jaar op rij en ook voor dit en volgend jaar ligt er een daling in het verschiet.
Maandag bleek weer eens dat Nederland massaal aan het bezuinigen is geslagen. Volgens het Nibud houden van de honderd huishoudens er zeventig de hand al op de knip. En van de dertig die nog niet bezuinigen, gaan er minstens zeven dit jaar beginnen met het aantrekken van de broekriem.
De gedachte leeft dat het traditioneel zuinige volkje, na jarenlang op krediet te hebben gekocht, weer weet wat sparen is. Wie een blik werpt op het toenemende saldo op spaarrekeningen, wordt gestaafd in die conclusie. Zo stond er in januari van dit jaar een recordbedrag van 328,4 miljard euro op Nederlandse spaarrekeningen: 4,8 miljard meer dan vorig jaar en ook fors meer dan enkele jaren terug. Voor het uitbreken van de crisis in 2008 stond er nog amper 250 miljard op de bank.
De Nederlandsche Bank (DNB) maakte eerder dit jaar echter gehakt van dit beeld van de oppottende Nederlander. Sparen? Niets daarvan. De zogenoemde vrije besparingen van burgers –wat blijft er over na belastingen, (pensioen-)premies en consumptie– zijn sinds 2003 negatief, aldus DNB. Met andere woorden: we consumeren meer dan er aan geld binnenkomt.
We ontsparen dus, door in te teren op ons vermogen of te kopen op krediet. En hoewel onze koopkracht (door bezuinigingen en loonmatiging) dit jaar voor het vierde jaar op rij zal dalen, geven we ook in 2013 gemiddeld weer meer (zo’n 4,3 procent) uit dan we verdienen.
Hoe kan het toch dat terwijl Nederlanders sinds 2003 al onafgebroken ontsparen, hun spaartegoed met ruim 120 miljard toenam?
Een verklaring voor die spaarparadox vindt DNB in het (vergeleken met 2001) bijna gehalveerde aandelenbezit van Nederlanders, de verzilvering van de overwaarde op de eigen woning, erfenissen en studiefinanciering.
Ingewikkelde materie, maar de conclusie is evenwel helder: door te ontsparen remmen we de daling van de consumptie wat af.
Zo krijgt Rutte dus toch een klein beetje waar hij om vraagt: we geven, ook dit jaar weer, meer uit dan er binnenkomt.
Hoezo oppotten?