Acties van afgelopen weken meer luxewapen dan uiterste middel
Als acties geen respect en sympathie oproepen bewerken ze het tegendeel, betoogt Jan Westert,
die ervoor pleit stakingen weer eens te toetsen aan de klassieke principes van de christelijk-sociale beweging. Stakingen lijken soms meer op een luxewapen in de communicatiestrategie in onze mediamaatschappij dan op een strijdmiddel tegen sociaal onrecht. Acties zijn pressiemiddelen in de strategie om de druk op te voeren. De meeste acties hebben alleen succes als de media er veel aandacht aan schenken of de samenleving er veel last van heeft. Een actie bij het spoor trekt snel landelijke media-aandacht, een actie in een bedrijf op een bedrijventerrein nauwelijks.
Veel acties worden ook omgeven door een sfeer van joligheid en niet al te serieuze uitspraken. De actiestrategie van de afgelopen weken wekte nu niet direct de indruk van een verhit herfstgevoel. De innerlijke overtuiging dat het echt menens was, kwam niet over. Laten we zulke acties ook maar geen staking meer noemen.
Oude discussie
Het is goed na te denken over de achterliggende waarden die ten grondslag liggen aan het stakingsrecht. De staking moet een uiterste middel zijn. Met stakingen als politiek middel tegen overheidsbeleid, waar het parlement in meerderheid mee instemt, moet je naar mijn mening al helemaal terughoudend zijn.
Wat dat betreft kende Doekle Terpstra de afgelopen weken zijn klassieken toen hij aangaf dat het CNV voorafgaand aan het najaarsoverleg niet meedeed aan de acties. Ze waren voorbarig, kwamen te vroeg en troffen in hun uitwerking derden.
Zijn uiteenzetting deed mij denken aan de oude discussie over het recht op werkstaking tijdens het eerste christelijk sociaal congres (1891). Dat congres sprak uit dat het recht op werkstaking geenszins werd ontkend, maar dat het niet moet worden ingezet als politiek instrument of als moedwillige contractbreuk. Bovendien moet de overtuiging zijn verkregen dat alle andere middelen zijn uitgeput; in die situatie kan een staking rechtmatig zijn. Dat is de richtlijn geworden in de christelijk-sociale beweging, waar in de eerste plaats de kracht van het argument en het overleg telt.
Het recht op staking wordt niet uitgesloten, maar het is wel het uiterste middel, en mag niet als politiek instrument dienen. Het lijken mij nuttige piketpaaltjes om er acties weer eens aan te toetsen.
Innerlijke overtuiging
Een echte staking is een strijdmiddel dat je inzet vanwege de innerlijke overtuiging dat er ook echt niets anders meer opzit. Zeker als je bedenkt dat de omstandigheden voor werknemers in die tijd vele malen droeviger waren dan die waar wij nu in verkeren.
In die context hebben acties in onze tijd te veel het karakter van een luxewapen in het communicatieproces. In ieder geval zijn de acties van de afgelopen weken nauwelijks een uiterste middel te noemen. Bovendien is er te weinig nagedacht over de last en schade die aan derden wordt bezorgd. Bij de klassieke staking leggen arbeiders massaal het werk neer in de wetenschap dat ze geen loon betaald krijgen. Die staking doet jezelf dus ook pijn.
Zulke stakingen zag je paar jaar terug in Oost-Europa, toen bijvoorbeeld de Roemeense mijnwerkers massaal het werk neerlegden. De kompels staakten als uiterste middel vanwege de erbarmelijke omstandigheden waarin zij verkeerden. Die staking riep bij mij vooral respect op.
Ik geloof inderdaad dat we ons te weinig bezighouden met de waarden die ten grondslag liggen aan het stakingsrecht, met als gevolg dat acties zouteloos worden. Niemand raakt er echt van onder de indruk. Mensen ondergaan de acties gelaten of ergeren zich aan de overlast die ze krijgen te verduren. Als acties geen respect en sympathie oproepen, bewerken ze het tegendeel. We realiseren ons te weinig de echte waarden achter het stakingsrecht.
De auteur is oud-algemeen secretaris van het Gereformeerd Maatschappelijk Verbond (GMV) en publiceerde eerder de brochure ”Staking en andere vormen van collectieve actie”.