Kerkganger houdt goed doel overeind
AMSTERDAM. Goede doelen worden in toenemende mate ondersteund door kerkgangers, terwijl andere Nederlanders hetzelfde of minder geven.
Steeds minder Nederlanders zijn kerkelijk, maar degenen die het wel zijn, geven steeds meer aan goede doelen, zegt prof. dr. René Bekkers van de Vrije Universiteit.
Hij verwijst naar het rapport ”Geven in Nederland 2013”, dat de resultaten bevat van een tweejaarlijks onderzoek naar geefgedrag van de werkgroep filantropische studies van de VU. Het rapport wordt donderdag officieel gepresenteerd.
In de loop van de tijd zijn steeds minder mensen verantwoordelijk geworden voor een steeds groter deel van de giften. Nu geeft zo’n 20 procent van de bevolking 80 procent van het totaalbedrag. Onder hen zitten veel kerkgangers, zegt Bekkers. „De achterliggende jaren is er duidelijk een concentratie van geefgedrag bij kerkelijke mensen, terwijl zij een steeds kleiner deel van de bevolking vormen.”
Over het algemeen wordt er juist minder gegeven, blijkt uit het rapport. Na jaren van stijging is het totaal gegeven bedrag in 2011 gedaald tot bijna 4,3 miljard euro, het laagste sinds 2001. Volgens VU-hoogleraar Theo Schuyt komt dat mede door de economische crisis. „Die crisis duurt al langer, maar de effecten op het geefgedrag worden nu pas duidelijk,” aldus Schuyt.
In 2011 gaven huishoudens gemiddeld 200 euro aan goede doelen, 5 procent minder dan in 2009. Huishoudens geven veruit het meest aan goede doelen op het gebied van kerk en levensbeschouwing, gevolgd door gezondheid en internationale hulp.
Gemiddeld geeft een Nederlands huishouden 0,4 procent van zijn inkomen weg. Bekkers: „We zullen maar niet bedenken hoe ver dat verwijderd is van het geven van de tienden.”
Desondanks staat Nederland wereldwijd in de top drie van landen waar burgers het meest aan goede doelen geven.