Dat bleek vanmorgen tijdens een commissievergadering in de Tweede Kamer. De fracties van PvdA, VVD, GroenLinks, SP en D66 hebben twee bezwaren tegen de plannen van de bewindsvrouw. In de eerste plaats zullen veel ouders in problemen komen met de opvang van hun kinderen. Werkende ouders moeten in de nieuwe situatie namelijk een extra dag opvang voor hun kind(eren) regelen.

Inhoudelijk hebben de partijen ook bezwaren. Volgens het PvdA-kamerlid mevrouw Hamer heeft onderzoek aangetoond dat kinderen meer en beter leren tijdens vijf normale schooldagen in plaats van vier langere. Minister Van der Hoeven schermt met een ander onderzoek. Daaruit blijkt dat een langere schooldag niet per definitie ten koste hoeft te gaan van de kennis die leerlingen opdoen.

De bewindsvrouw vindt dat scholen zelf de keuze moeten maken of ze een vier- of vijfdaagse schoolweek willen. Daartoe wil ze de wettelijke bepaling dat kinderen per dag maximaal 5,5 uur op school moeten zijn, laten vervallen. Het enige waar scholen aan moeten voldoen is dat ze kinderen in de basisschoolperiode minimaal 7520 uur les moeten geven.

Als de school over wil gaan tot een vierdaagse, moet de medezeggenschapsraad van de school zijn instemming betuigen. De tegenstanders in de Kamer vinden dat te mager. Als een kleine meerderheid akkoord gaat met de verkorting van de schoolweek, zit een groot deel van de ouders mogelijk wel met opvangproblemen.

Als de scholen naar een werkweekvierdaagse gaan, kunnen ze daarmee een deel van hun lerarentekort opvangen. Personeel kan op de vrije dag arbeidsduurverkorting opnemen of worden ingezet in een andere groep.

De verruiming van de schooltijden biedt ook de mogelijkheid om de schoolweek te verlengen. Vier basisscholen in Almere gaan daarmee waarschijnlijk volgend schooljaar experimenteren. Kinderen zullen dan zes dagen naar school moeten. De ochtenden zijn bedoeld voor leren en de middagen voor sportieve en culturele activiteiten. De totale schooldag wordt overigens niet korter. Almere heeft geen lerarentekort.