In Bagdad hadden meerdere aanslagen plaats, onder meer bij een controlepost van de zwaarbewaakte internationale luchthaven in de hoofdstad. Daar ontplofte twee autobommen in geparkeerde auto’s, met zeker twee doden tot gevolg.

In de stad Tuz Khurmato, 170 kilometer ten noorden van Bagdad, gingen vier bommen af. Hierbij kwamen zeker 5 mensen om en vielen 67 gewonden. Ook de steden Kirkuk en Samarra in het noorden en Nassiriya in het zuiden waren het toneel van aanslagen.

Niemand claimde tot nu toe de verantwoordelijkheid voor de aanslagen, maar de de daders zijn vermoedelijk leden van de Iraakse vleugel van de islamitische terreurbeweging al-Qaeda, Islamitische Staat van Irak, of van andere soennitische groeperingen die vechten tegen de door sjiieten geleide van premier Nuri al-Maliki.

Irak gaat zaterdag naar de stembus voor provinciale verkiezingen. Die worden gezien als een test voor Maliki’s politieke kracht ten opzichte van sjiitische en soennitisch rivalen, in de aanloop naar de parlementaire verkiezingen in 2014.

Tien jaar na de door de Verenigde Staten geleide invasie in Irak, wint al-Qaeda terrein in het land. Dat is vooral het geval in de westelijke woestijngebieden dichtbij de grens met Syrië. Islamitische Staat van Irak zegt dat het de krachten heeft gebundeld de radicaal-islamitische beweging Jabhat al-Nusra, die in Syrië met andere groeperingen vechten tegen het regime van president Bashar al-Assad.