Laatste begijn ter wereld overleden
KORTRIJK (ANP/BELGA) – De laatste begijn ter wereld, de Belgische Marcella Pattyn, is in een rusthuis in Kortrijk overleden. Ze is 92 jaar geworden en werd 71 jaar geleden begijn in Gent. In 1960 trok Pattyn naar het begijnhof van Kortrijk, dat al sinds 1242 bestaat. Ze was daar organiste van de kapel. Sinds 2005 woonde ze in het rusthuis.
Begijnen waren vrouwen in de lage landen die als alleenstaanden leefden en gemeenschappen vormden binnen de Rooms-Katholieke Kerk. In tegenstelling tot leden van een religieuze orde en congregatie legden zij en hun mannelijke tegenvoeters, de begarden, geen eeuwige geloften af, waardoor zij zich voor altijd aan hun gemeenschap zouden verbinden.
Begijnen en begarden beloofden geen relatie aan te gaan, maar hoefden hun eigendommen niet af te staan. In veel steden, zoals Amsterdam en Breda, zijn nu nog begijnhoven, waar dergelijke gemeenschappen woonden. Ook de in veel steden voorkomende naam Bagijnestraat herinnert aan hen.
De eerste begijnhoven in het huidige Nederland en België ontstonden in de 11e eeuw, als reactie op de rijkdom waarin veel geestelijken leefden. Hun grote bloei beleefden zij in de 15e eeuw, toen de begijnen in sommige steden tussen 2 en 5 procent van de bevolking uitmaakten. In sommige begijnhoven, zoals dat in Gent, woonden op het hoogtepunt meer dan 2000 vrouwen.
De laatste Nederlandse begijn was Cornelia Frijters, die in 1990 overleed. Zij woonde bijna haar gehele volwassen leven in het begijnhof in Breda.