Geloof zoekt één ding, niet vele dingen
„Waar jagen jullie naar? Waar gaat jullie leven naar uit? Naar geld, goed of carrière? Heb je de betrekkelijkheid ervan leren inzien? Eén ding is nodig. Is dat nog steeds een vraag? Zet er dan maar een uitroepteken achter.”
Ds. C. M. Buijs, hervormd predikant te Nieuwleusen, sprak zaterdag voor de SRB in Amersfoort over ”Eén ding?!” „Het gaat niet om het vele, maar om het ene. Eén ding is nodig. We zijn erbij opgevoed en horen het zondag aan zondag in de verschillende kerken. Dat we dan het ene nodige, met ingespannen krachten, bij Hem zoeken”, aldus de predikant tot de vele jongeren.
In zijn referaat behandelde ds. Buijs vijf aspecten van het ene nodige, te weten: „één ding ontbreekt u” (Jezus tot de rijke jongeling), „één ding is nodig” (Jezus tot Martha), „één ding weet ik” (de blindgeborene), „één ding heb ik van de Heere begeerd” (David in Psalm 27) en „één ding doe ik” (Paulus tot de gemeente van Filippe).
„Wij zijn mensen van de vele dingen. Er komt wat aan informatie op ons af. Je kunt er soms moe van worden. De wereld is een dorp geworden. We zijn geen mensen van het ene nodige. Toch moeten we leren dat te worden”, aldus de predikant.
Met de rijke jongeling zat het volgens ds. Buijs uitwendig wel goed. „Jezus beminde hem zelfs. Hij had de geboden van de tweede tafel van de wet gehouden. Ondanks zijn voorbeeldige godsdienst zat het bij hem inwendig niet goed. Hij kende de liefde tot God niet. Daarin wordt hij door Jezus beproefd. Uitwendig had hij God lief, maar inwendig had hij zijn geld lief. Het is Jezus om zijn behoud te doen. In plaats van met zijn nood en schuld tot Jezus te vluchten, wordt hij treurig en keert hij terug naar de wereld.”
Dat één ding nodig is, zegt Jezus ook tot Martha. „Zij wil dat Jezus haar zus, Maria, terechtwijst. Martha moet echter leren dat de beste plek aan de voeten van Jezus is. Ze moet leren zich te laten bedienen door Hem. Je kunt nooit de Heere dienen, als je je niet eerst laat dienen door Hem.”
Hoe het wonder zich aan de blindgeborene heeft voltrokken, kon deze man niet zeggen. „Eén ding wist ik, ik was blind, maar nu zie ik”, zei hij tegen zijn omstanders. „Weten jullie daar ook van?” zo vroeg ds. Buijs de jongeren. „Dan kun je mét deze blindgeborene antwoord geven op de vraag wie je genezen heeft, wat je van Hem vindt en hoe het gebeurd is. Jezus heeft de blindgeborene opgezocht en vraagt hem of hij in de Zoon van God gelooft. Als hij dan vraagt wie dat is en Jezus Zich aan hem openbaart, dan gelooft hij en aanbidt Hem.”
In Psalm 27 wordt David door zijn vijanden achtervolgd. „Hij vraagt echter niet om van die bandieten verlost te worden, maar om datgene waarnaar zijn hart uitgaat: al zijn dagen te mogen wonen in huis des Heeren. De begeerlijkheid van het vlees zoekt vele dingen, maar het ware geloof zoekt één ding”, aldus ds. Buijs.
Als laatste legde de Nieuwleusense predikant de vinger bij wat Paulus schrijft aan de gemeente van Filippi: „Maar één ding doe ik, vergetende hetgeen achter is, en strekkende mij tot hetgeen voor is, jaag ik naar het doel, tot de prijs der roeping Gods, die van boven is in Christus Jezus” (Filippensen 3:14).
Vóór zijn bekering zocht Paulus vele dingen, aldus ds. Buijs. „In zijn brief somt hij ze allemaal op, uitmondend in: naar de rechtvaardigheid, die in de wet is, zijnde onberispelijk. Maar op weg naar Damaskus gaat er een kruis door. Terstond predikte hij Christus, van Wie hij zegt dat het God behaagd heeft Zijn Zoon in mij te openbaren. Dan vergeet hij hetgeen achter is en strekt hij zich tot hetgeen voor is.”