Het instrument gaat 27 stemmen tellen, verdeeld over Hoofdwerk, Bovenwerk en Pedaal. De ingebruikname staat gepland voor begin 2014. Dat meldt Dirk Bakker, die als orgeladviseur betrokken is bij de bouw van het instrument.

De windvoorziening zal bestaan uit drie spaanbalgen op een apart daarvoor ingerichte zolderruimte achter het orgel. Het orgel zal een uit 1965 daterend Leeflangorgel vervangen en op ongeveer dezelfde plaats, op een daarvoor bestemde balustrade, worden opgesteld. De klaviatuur bevindt zich aan de voorzijde.

Bij de bouw van het instrument wordt tevens historisch pijpwerk gebruikt en geïntegreerd in het nieuw te maken werk. Het betreft bewaard gebleven pijpwerk van het door L. J. en J. van Dam gemaakte orgel voor de rooms-katholieke kerk te Poeldijk (1824). De mensuren en makelij van het pijpwerk bleken prima te passen in het ontwerp en klankbeeld zoals de orgelmakers, organisten en orgeladviseur dat voor ogen hadden.

„Het ontwerp van het orgel heeft een uitgesproken Reilsignatuur”, zegt Bakker. „Tegelijkertijd zijn diverse stijlelementen ontleend aan het werk van de tweede generatie orgelmakers Van Dam, met name het helaas grotendeels verloren gegane orgel van de St.-Catharinakerk op het Singel te Amsterdam, gebouwd in 1826. Op deze wijze worden het traditionele ambacht en een actueel instrument dat als hoofdtaak de gemeentezangbegeleiding heeft, tot een nieuwe eenheid samengesmeed. De bedoeling is dat horen en zien in elkaars verlengde zullen liggen.”