Hoge Raad prikt vastgoedballon door
DEN HAAG (ANP) – Twee zakenpartners die dachten op een slimme manier duizenden euro’s aan overdrachtsbelasting op vastgoed te besparen door voor één dag een geregistreerd partnerschap met elkaar aan te gaan, zijn van een koude kermis teruggekomen.
De Hoge Raad prikte de proefballon, die nauwlettend werd gevolgd door fiscale dienstverleners, lek met de harde constatering dat hier sprake was van wetsontduiking. De belastinginspecteur heeft de aanslagen dan ook terecht opgelegd, oordeelde de Hoge Raad vrijdag.
De twee partners waren samen eigenaar van tien panden. Op 23 december 2003 gingen zij een geregistreerd partnerschap aan, waarbij alleen de panden in de gemeenschap van goederen werden ondergebracht.
Op 24 december 2003 verbrak het tweetal zijn verbintenis. De ex-partners verdeelden hun gezamenlijk bezit waardoor de panden op naam van een van hen kwam te staan, zonder dat overdrachtsbelasting hoefde te worden betaald. Voor de verdeling van een gemeenschap van goederen bestaat namelijk een vrijstelling.
De inspecteur vond echter dat in dit geval van vrijstelling geen sprake kon zijn. Na jarenlange procedures, waarbij het gerechtshof in hoger beroep nog in het voordeel van de (ex-)zakenpartners had beslist, heeft de fiscus nu gelijk gekregen van het hoogste rechtscollege.
„Een geregistreerd partnerschap kan niet worden aangegaan om naar believen de belastingheffing ten aanzien van een onroerende zaak te verijdelen”, aldus de Hoge Raad in een verklaring.