De leidende Dow-Jonesindex stond een halfuur voor de slotbel nagenoeg onveranderd op 14.450 punten. Ook de technologiegraadmeter Nasdaq noteerde vlak op 3243 punten. De breder samengestelde S&P 500-index steeg 0,1 procent tot 1553 punten.

De koersen zijn in de eerste maanden van 2013 sterk opgelopen. De Dow bereikte vorige week zelfs een recordniveau. Sindsdien zijn beleggers evenwel terughoudend. Bij gebrek aan groot, richtinggevend nieuws van bijvoorbeeld bedrijven of de centrale bank, blijven de uitslagen de laatste paar dagen beperkt.

De handel kreeg woensdag wel enige steun van een beter dan verwacht cijfer over de Amerikaanse detailhandel. Winkeliers profiteerden vorige maand van het herstellende vertrouwen van consumenten in de arbeidsmarkt en huizenmarkt en zagen de sterkste stijging van hun omzet in 5 maanden tijd. Economen hadden verwacht dat hogere belastingen en de aanhoudend hoge werkloosheid een sterker stempel zouden drukken.

Grote uitschieters waren er niet onder de hoofdfondsen in New York. Computerfabrikant en IT-dienstverlener IBM was de sterkste stijger in de Dow met een winst van 0,7 procent, gevolgd door fastfoodketen McDonalds met een winst van 0,6 procent. De sterkste daler was Alcoa. De aluminiumproducent werd 1 procent minder waard.

Op de valutamarkt was de euro 1,2960 dollar waard, tegen 1,2955 dollar bij het scheiden van de markt op de Europese effectenbeurzen eerder op de dag. Een vat Amerikaanse ruwe olie bracht op de termijnmarkt 92,32 dollar op, een daling van 0,2 procent. Brentolie werd 1,3 procent minder duur en kostte 108,24 dollar per vat.