Recensie: Zwoferink speelt Bach deel II
De orgelwereld is in veel kampen verdeeld, die niet zelden tegengestelde visies verdedigen. Voor wat betreft het ultieme Bachorgel beweert een groep liefhebbers dat Gottfried Silbermann en het Midden-Duitse orgeltype ideaal zijn, omdat Bach woonde en werkte in Thüringen en Sachsen.
Daartegenover staat de schare orgelvrienden die zeker weet dat Bach in zijn studietijd te Lüneburg ongeneeslijk met het Noord-Duitse orgelvirus besmet is. Jolanda Zwoferink hoort bij de eerste groep: ze heeft haar tweede Bach-cd opnieuw in Dresden opgenomen, op het magistrale Silbermannorgel in de voormalige Hofkirche.
Ze merkt in het booklet op dat Bach veel waarde hechtte aan ”Gravität” en aan een aantal stemmen, zoals de Untersatz 32’, de Sesquialtera en een Fagot 16’. Omdat deze ingrediënten alle aanwezig zijn op het Dresdener orgel, ziet zij hierin een ideaal instrument voor Bachvertolkingen. De gespeelde Bachwerken klinken hier dan ook uitstekend.
Wat niet strookt met het oeuvre van Bach is Silbermanns pedaalaanleg. Zonder uitzondering maakte hij pedaalklavieren in een extreem wijde ligging, die bovendien maar tot c1 lopen. In Dresden zijn er twee toetsen aan toegevoegd bij de restauratie, zodat bijna alle noten van de Thomascantor –met de nodige moeite– hoorbaar gemaakt kunnen worden. Zwoferink blijkt deze hindernis prima te nemen.
Hoewel haar aanpak van de Bachwerken met name in articulatie en registratie niet altijd de mijne is, speelt ze wel buitengewoon muzikaal en consequent. De soms grote contrasten tussen legato en staccato werken eigenlijk prima in deze overakoestische ruimte. Dan moet Aad van der Waal met ere genoemd worden: de opname is voortreffelijk.
Jolanda Zwoferink – Johann Sebastian Bach Orgelwerke II – Gottfried Silbermann-Orgel Kathedrale Ss. Trinitatis (Hofkirche) Dresden; Prestare (ZWF 3331567); € 19.95; www.zwoferinkcd-productions.nl
Jolanda Zwoferink, orgel
Jolanda Zwoferink, orgel
Jolanda Zwoferink, orgel