De Unie heeft afgesproken vanaf 2003 een ’leger’ van 60.000 militairen en 5000 politieagenten op de been te brengen voor crisisoperaties. Het gaat niet om een vast korps, maar om snel inzetbare eenheden. De Nederlandse bijdrage is bepaald op 3000 militairen en 150 politiebeamten.

Volgens Solana is het debat in de EU over zo’n rol in Bosnië „nog in een embryonaal stadium”. Maar hij verwacht een besluit ergens in maart of april, halverwege het Spaanse EU-voorzitterschap dat op 1 januari is begonnen.

De Verenigde Staten zien zo’n gewapende politiemacht in Bosnië onder EU-bevel wel zitten. De Amerikaanse minister van Defensie Rumsfeld pleitte er vorige maand in Brussel bij zijn NAVO-collega’s voor, teneinde het werk van de NAVO-troepenmacht in Bosnië (SFOR) nog dit jaar te verlichten. „Dat soort manschappen zijn in de Unie schaars”, zei toen minister De Grave.

Solana onderkent dat probleem. „Vijfduizend man is al een enorm aantal.” Hij denkt voor Bosnië aan een politiemacht van duizend mensen, al zal de precieze omvang volgens hem afhangen van de operatie. Maar die operatie zal niet van dien aard zijn dat er NAVO-bijstand nodig zal zijn.