Politiek

PvdA’er Schuurman Hess: Onze waarden zijn een goed merk

Twee jaar lang, twee dagen per week trok Jan Schuurman Hess –PvdA-lid uit het Zeeuwse Kats– te voet door Nederland. Op zoek naar verhalen en ervaringen van mensen die de sociaaldemocratie uit het oog hebben verloren. „Ik heb geleerd dat je wat voor andere mensen kunt betekenen, ook als eenvoudige wandelaar.”

Kees de Groot

6 March 2013 21:06Gewijzigd op 15 November 2020 02:20
Twee jaar lang, twee dagen per week trok Jan Schuurman Hess –PvdA-lid uit het Zeeuwse Kats– te voet door Nederland. Op zoek naar verhalen en ervaringen van mensen die de sociaaldemocratie uit het oog hebben verloren. Foto Willem Mieras
Twee jaar lang, twee dagen per week trok Jan Schuurman Hess –PvdA-lid uit het Zeeuwse Kats– te voet door Nederland. Op zoek naar verhalen en ervaringen van mensen die de sociaaldemocratie uit het oog hebben verloren. Foto Willem Mieras

Het idee voor zijn voettocht, die duurde van 
3 februari 2011 tot 
2 februari 2013, ontstond bij Schuurman Hess (56) toen hij een artikel las over socialisten­leider Troelstra. Die ging begin twintigste eeuw te voet zijn kiesdistrict door.

„Dat sprak mij aan, omdat het haaks staat op de gejaagdheid in de hedendaagse samenleving en de snelheid in de media en de moderne communicatiemiddelen.”

En als je, zoals Schuurman Hess, erachter wilt komen waarom zo veel mensen ontevreden zijn en wilt onderzoeken wat er in en met de PvdA aan de hand is, „wat is er dan beter dan evenals Troelstra te voet het land door te gaan om al pratend en luisterend te achter­halen wat eraan schort?”

De familieomstandigheden van de zelfstandig tekstschrijver lieten het toe dat hij twee dagen per week van huis was. Vanuit de partij en het wetenschappelijk bureau ervan kreeg hij enige financiële steun. „En ik heb mijn spaar­centjes erin gestopt. Maar die zijn nu wel op.”

Schuurman Hess –„de partij gaat me nogal aan het hart, net als de democratie”– had het er graag voor over. Zijn tocht voerde hem door alle provincies. „Heel typerend”, vond hij het dat in Friesland en Amsterdam steeds mensen bereid waren hem te vergezellen. In tegenstelling tot de overige delen van het land. „Van oudsher zijn Friesland en Amsterdam de twee benen waarop de PvdA staat. De traditie van de sociaal­democratie is daar het sterkst. Dat bleek nu nog zo te zijn.”

Door het hele land echter bespeurde de Zeeuwse PvdA’er dat mensen, van welke partij ook, „heel erg op zichzelf zijn terug­getrokken en zich niet gemakkelijk verenigen.”

Vanaf de jaren zeventig van de vorige eeuw heeft volgens Schuurman Hess „de ideologie van individualisme en persoonlijke vrijheid zich enorm ontwikkeld. Mensen hebben hun persoonlijke welvaart nagestreefd en die ook gerealiseerd. Door de huidige economische crisis komt dat proces onder druk te staan. Tegelijkertijd trekt de overheid zich terug en werpt zij de mensen op zichzelf terug.”

De PvdA kan daarop inspringen, is de conclusie van Schuurman Hess, door zich opnieuw te ontwikkelen tot een sociaaldemocratische beweging die staat voor solidariteit, menselijke waardigheid en gemeenschapszin.

De partij, constateerde hij eerder op zijn website, is echter „volkomen gefocust op en georganiseerd in dienst van haar rol in raad, college of parlement.” Kortom: een bestuurderspartij geworden, die het zicht op de maatschappelijke problemen, zorgen en perspectieven uit het oog is verloren.

De PvdA moet weer een grote partij worden, met veel leden, stelt de Zeeuw. „Dat is noodzakelijk om met elkaar dilemma’s te bespreken als: waarom is er onvoldoende zorg voor mensen in de sociale werkvoorziening, terwijl tegelijkertijd wel krankzinnig dure pillen beschikbaar zijn voor een dodelijk zieke oude dame? Daarover moeten wij met zijn allen het gesprek aangaan; dat zijn de wezenlijke, menselijke vragen die de samenleving beantwoord wil zien.”

Welke concrete adviezen kunt u de PvdA na uw voettocht meegeven?

„De partij moet verantwoordelijkheid nemen in het openbaar bestuur, ook al is dat niet altijd gemakkelijk. Mensen worden nogal eens boos op de politiek. Maar doe het toch, zo eerlijk mogelijk, en vanuit het besef dat democratie en rechtsstaat ontzettend belangrijk zijn.

Van het grootste belang is daarnaast dat de partij zich niet in eerste instantie richt op bestuurlijke nota’s, maar vooral kijkt naar de mensen op wie het beleid is gericht. En zich vervolgens profileert als een sociaaldemocratische beweging. De overheid mag dan bekendstaan als slecht merk, onze uitgangspunten en waarden zijn juist een goed merk.”

U wilt een boek schrijven over uw reis. Wat komt daarin te staan?

„Aan de uitwerking moet ik nog beginnen, maar dat zal onder meer gaan over de gezondheidzorg. Ik hoop dat er, net als in het Belgische Luik, een sociaal­democratisch ziekenfonds van de grond komt. En over kleine scholen. Die moeten behouden blijven; ze zijn van onschatbare waarde.

Ik wil ook iets schrijven over de wereldomvattende economische orde en de keerzijde daarvan in de lokale en regionale gemeenschappen. Plaats tegenover de globaliserende economie regionale plannen van de arbeid, zodat er perspectief komt voor mensen die niet kunnen meekomen in de inter­nationale ontwikkelingen maar die wel belangrijk zijn in de samenleving.

Het zal ook gaan over boeren, vissers, burgers en hun verhouding tot de staat. Van hen heb ik, los van elkaar, veel verhalen gehoord over ambtenaren die hen doelbewust kapot wilden maken. Overal kwam ik dat tegen.”

Wat hebt u zelf opgestoken van uw tour?

„Toen ik wegging, was ik in velerlei opzichten heel onzeker. Onderweg heb ik ongelooflijk veel verhalen gehoord van mensen en inzichten van hen gekregen. De tocht heeft mij geleerd dat je, zelfs als eenvoudige wandelaar, iets voor hen kunt betekenen. Bijvoorbeeld door een bemiddelende rol te spelen, hun problemen aan te kaarten bij instanties of hen aan een idee te helpen waardoor ze weer verder kunnen. Dat heeft mij zelfvertrouwen gegeven.”

Onderweg ontmoette u ook orthodoxe christenen. Wat viel u daarbij op?

„Allereerst de enorme toename van het aantal nieuwe, grote orthodox-christelijke kerken. Dat heb ik ook tegen partijleider Samsom gezegd.

Bij de christelijke mensen die ik heb gesproken, troffen mij hun oprechtheid, eerlijkheid en aandacht en zorg voor de traditie van het samenleven en voor het leven op aarde.

Ze hadden vaak dezelfde boodschap: „Geef ons de ruimte om te leven naar onze opvattingen, op de manier zoals wij denken dat we dat zouden moeten doen.” Ik denk dat het verstandig is om dat te doen.

Mijn laatste etappe liep ik samen met ds. Van den Broeke, de preses van de generale synode van de Protestantse Kerk in Nederland. Met haar besprak ik het belang van dialoog tussen alle stromingen in Nederland. Mensen moeten zich niet in een isolement terugtrekken. Daarin vind je algauw bevestiging van je eigen denk­beelden. Leg ze juist eens naast die van anderen.”

Welke persoon zal u het meest bijblijven?

„De 30-jarige Dave Saes uit Weert. Hij is gehandicapt, ziet slecht en zijn fijne motoriek is beperkt. De sociale werkplaats heeft zijn moeder laten weten dat zijn capaciteiten niet verder gaan dan die van een kind van vier.

Maar ondertussen kleurt hij de stad met zijn kleine draaiorgeltje. Hij kan geweldig mooi orgelspelen. Vol overgave maakt hij muziek.

Kijk nu eens, wil ik ermee zeggen, naar wat iemand wél kan. Wat zijn kwaliteiten zijn. Schroefjes indraaien is lastig voor Dave. Maar orgel draaien kan hij als geen ander. Laat hem dát dan doen. Dan is hij niet beperkt. Dan is hij top!”


Partijbestuur: Omslag nodig van ik naar ons

Parallel aan de voettocht van Jan Schuurman Hess deed het wetenschappelijk bureau voor de PvdA, de Wiardi Beckman Stichting (WBS), onderzoek naar wat voor sociaaldemocraten tegenwoordig van waarde is. De WBS presenteerde de uitkomst van die studie op 16 februari in Amsterdam.

Belangrijkste conclusie: de PvdA moet zich bevrijden van „de te grote aanwezigheid van het liberalisme in het sociaaldemocratische denken” om tegenwicht te bieden aan „de amorele hardheid van de economie en de amorele hardheid van het té technocratische bestuur.”

De partij moet terugkeren naar waarden als bestaanszekerheid, goed werk, kans op verheffing en verbinding tussen mensen; de ideologische veren die toenmalig partijleider Kok in 1995 afschudde, moeten weer worden opgeplakt.

Het PvdA-partijbestuur presenteerde, eveneens op 16 februari, een resolutie waarin het consequenties trekt uit het WBS-onderzoek. In die resolutie staat dat de partij „een vuist moet maken tegen een samenleving die te veel slechts door geld, doorgeslagen efficiency en individualisme geregeerd wordt.”

Er moet een omslag komen van ik naar ons, stelt het partijbestuur, en daarvoor „moeten we een nieuwe invulling geven aan de waarden die de sociaaldemocratie kenmerken.” Die kunnen „tegenwicht bieden aan de gure wind van het ongeremde kapitalisme, de gevolgen van globalisering voor bestaanszekerheid en de overheersing van uitsluitend economische rekenmodellen voor de inrichting van de samenleving.” Volwaardig burgerschap, maatschappelijke samenhang, gelijke behandeling, compassie en rechtszekerheid moeten centraal staan.

De partij gaat zich de komende jaren concreet onder meer inzetten voor overheidsinvesteringen tijdens magere jaren, voor directe invloed van mensen op publieke voorzieningen, voor meer gemeenschapszin bij ondernemers, voor meer lokaal georganiseerde collectieve voorzieningen en voor handhaving van het arbeidsrecht.

De sociaaldemocratie dient kortom, aldus het partijbestuur, „een beweging voor te leven, uit te dragen en los te maken in de huidige maatschappelijke omstandigheden van ik naar ons.” De PvdA moet een „volks- en overbruggings­partij” zijn, „een bindmiddel voor de natie.”

Twee grote uitdagingen ziet het partijbestuur daarbij: „De eerste betreft vormen van ongelijkheid die mensen uit elkaar drijven (…). Die ongelijkheid moet prioritair worden aangepakt.”

De tweede grote uitdaging betreft „het vrijwaren van het seculiere, open en verdraagzame karakter van de samenleving.” De partijtop schrijft „dat voor iedereen duidelijk moet zijn dat men het recht heeft te leven volgens de regels van de eigen levensbeschouwing en het eigen geloof, maar dat men niet het recht heeft deze aan anderen op te leggen. Dat geloof niet kan worden gebruikt om de waardigheid van anderen te krenken.”

Iedereen, staat in de resolutie, „moet dus altijd de individuele vrijheid hebben om uit gemeenschappen te treden die zij als beknellend ervaren.”

De PvdA heeft een viertal bijeenkomsten belegd waarop over de resolutie wordt gediscussieerd. De eerste was dinsdagavond in Enschede; later volgen Groningen (donderdag), Rotterdam (13 maart) en Eindhoven (18 maart). Op het congres van 27 april kan de resolutie worden geamendeerd en zal zij worden vastgesteld.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer