Geen helderheid over ligging Sodom
EDE – Tegen de visie dat de Bijbelse stad Sodom mogelijk ten noordoosten van de Dode Zee heeft gelegen, in het huidige Jordanië, zijn de nodige bezwaren in te brengen.
Dat Sodom hier wellicht heeft gelegen, oppert de Amerikaanse archeoloog Steven Collins in het komende nummer van Biblical Archaeology Review. Collins draagt deze omstreden visie al jaren uit, maar door de publicatie in dit populairwetenschappelijk tijdschrift laait de discussie weer op. Er zijn echter bezwaren tegen zijn visie in te brengen.
Collins, verbonden aan Trinity Southwest University in Albuquerque, New Mexico, ontleent een belangrijk argument aan Genesis 13, waar volgens hem duidelijk wordt dat Abram en Lot vanuit Bethel de stad Sodom konden zien. Er staat echter dat beide mannen de Jordaanvlakte zagen, die als de hof van Eden was voor de vernietiging van Sodom en Gomorra. Er staat niet dat zij Sodom zagen. Lot ging wonen in de steden van de vlakte, en zette zijn tenten op tot bij Sodom. Als herdersvorst moest hij steeds weer nieuwe gebieden voor de kudden opzoeken, en de stad Sodom kan dus een heel eind verder gelegen hebben dan waar hij in eerste instantie woonde. Later nam Lot zijn intrek in Sodom (Genesis 19).
Het boek Genesis plaatst Sodom in het dal Siddim, dat later de Zoutzee werd (Genesis 14:3, 10). Tall el-Hammam ligt echter circa 6 kilometer ten noorden van de Dode Zee. Ook was het dal Siddim vol asfaltputten (vers 10), maar deze ontbreken in de omgeving van Tall el-Hammam.
In het gedeelte ten zuiden van de Dode Zee zijn eveneens verbrande steden gevonden. Bovendien zijn daar zeer grote begraafplaatsen aangetroffen, wat erop wijst dat daar grote steden waren. Traditioneel wordt Zoar altijd gesitueerd ten zuiden van de Dode Zee. Dit was een plaats dicht bij Sodom, zodat Lot daarheen kon vluchten.
Slingerstenen
Collins heeft materiaal gevonden van een militaire belegering. Slingerstenen bijvoorbeeld. Dit materiaal kan niet afkomstig zijn van het leger van koning Kedor-Laomer (Genesis 14), want daarboven zou een grote brandlaag moeten liggen. Er is ook nogal wat aardewerk gevonden dat volgens Collins gedateerd moet worden van rond 1650 voor Christus. Dit is echter vroeger dan de meeste geleerden doen, die dit plaatsen in 1400 voor Christus. In ieder geval stamt het aardewerk uit dezelfde tijd als verwoestingslaag IV van Jericho. Beide steden zijn volgens deze vondsten ongeveer gelijktijdig verwoest. Maar hoe kan dat, als Sodom in de tijd van Abraham omgekeerd werd en Jericho werd ingenomen in de tijd van Mozes?
Abraham leefde omstreeks 2100 –of eventueel 1900– voor Christus, maar echt niet veel later. Dat is minstens 500 jaar eerder dan Mozes. Omdat Collins zijn eigen opgraving als uitgangspunt neemt, is hij gedwongen de chronologische gegevens in het boek Genesis, inclusief de leeftijden van de aartsvaders, symbolisch op te vatten. Het is te begrijpen dat de meeste geleerden hem hierin niet navolgen.
Hoofdstad van Sihon
Tall el-Hamman ligt aan de oude Koningsweg ten oosten van de Dode Zee. Volgens Numeri 22:1 hebben de Israëlieten daar in de omgeving hun tenten opgeslagen, tegenover Jericho. Omdat dit een grote stad was, is het aannemelijk dat deze genoemd is in de Bijbel. Het is gebruikelijk om te denken aan Abel Sittim (Numeri 33:49), maar er wordt ook wel gedacht aan Hesbon, de hoofdstad van de Amoritische koning Sihon, die verslagen werd door de Israëlieten onder leiding van Mozes. Meestal wordt Hesbon oostelijker geplaatst, maar het is mogelijk dat de oude stad hier lag en het latere Hesbon meer naar het oosten.
Collins heeft gelijk dat de stad Tall el-Hammam een zeer belangrijke stad was in de oudheid. Dat blijkt wel uit de opgegraven stadspoort en de andere verdedigingswerken. Het is te hopen dat de verdere opgravingen nieuwe gegevens opleveren. Het zou prachtig zijn als de koninklijke archieven met kleitabletten ontdekt worden. Dat kan duidelijkheid verschaffen in discussies en ook meer licht werpen op de periode van de intocht van Israël in het Overjordaanse en in Kanaän.
Genesis 19
- Toen deed de HEERE zwavel en vuur over Sodom en over Gomorra regenen, van den HEERE, uit den hemel. 25. En Hij keerde dezelve steden om, en die ganse vlakte, en alle inwoners dezer steden, ook het gewas des lands. 26. En [Lots] huisvrouw zag om van achter hem; en zij werd een zoutpilaar. 27. En Abraham maakte zich deszelven morgens vroeg op, naar de plaats waar hij voor het aangezicht des HEEREN gestaan had. 28. En hij zag naar Sodom en Gomorra toe en naar het ganse land van die vlakte; en hij zag, en zie, er ging een rook van het land op, gelijk de rook eens ovens.