Celstraf geëist voor moskeebrand
Tegen de 18-jarige Werkendammer G. van K. is donderdag achttien maanden cel, waarvan drie voorwaardelijk, en een verplicht reclasseringscontract geëist. Hij wordt verdacht van brandstichting in een moskee aan de Hoefslag in Gorinchem in september.
Plaatsgenoot M. van den H. (20) hoorde wegens medeplichtigheid zeven maanden cel, waarvan drie voorwaardelijk, eisen.
Van K. vernielde anderhalve week na de aanslagen in New York ’s nachts met een stoeptegel een ruit van de moskee. Hij gooide benzine naar binnen en stak die in brand. Het vuur ging vanzelf uit en de schade bleef beperkt tot de kantine.
Van K. werd al eerder op 15-jarige leeftijd veroordeeld voor het vernielen van een ruit van een woning van asielzoekers. Toen verklaarde hij tegenover de politie een „bloedhekel” te hebben aan buitenlanders.
Volgens een psycholoog heeft Van K. last van „selectief racisme”, mede veroorzaakt door een steekpartij waarbij Van K. gewond raakte. De allochtone dader kreeg volgens hem te weinig straf. Toen hij na de aanslagen op het WTC in New York beelden zag van feestende mensen op straat, knapte er bij hem iets.
De reclassering meent dat Van K. een werkstraf moet krijgen, bijvoorbeeld in een asielzoekerscentrum, om zijn beeld van allochtonen bij te stellen. De officier vond de zaak daarvoor te ernstig.
De rechtbank doet op 31 januari uitspraak.