Volgens de minister zijn alle getroffen bedrijven en instanties gewaarschuwd waarvan het IP-adres bij het centrum bekend was. Hij deed een oproep aan bedrijven die van groot belang zijn, bijvoorbeeld omdat ze energie of drinkwater leveren, om de IP-adressen door te geven aan het NCSC. Zo kunnen zij in de toekomst zeker worden benaderd. Opstelten benadrukte dat het in de eerste plaats de verantwoordelijkheid van een organisatie zelf is om actie te ondernemen.

Volgens een woordvoerder wordt contact onderhouden met bedrijven die cruciaal zijn voor Nederland. Het kan zijn dat die niet alle adressen van hun computers hebben aangemeld of dat er überhaupt geen gegevens bekend zijn. Die gegevens is het NCSC aan het verzamelen. „Dat is een proces dat gaande is en de komende tijd zal doorgaan”, aldus de woordvoerder.

Het NCSC waarschuwde in december voor Pobelka. Het virus had computers van de rijksoverheid niet besmet, maar gemeenten, providers en de zogeheten vitale bedrijven werden wel gewaarschuwd voor het virus.

Volgens Opstelten is een aanval van een botnet heel lastig te voorkomen. „Dat is net als met een inbraak ook moeilijk te voorkomen”, zei hij. „Maar als er dan zo’n botnet is, moet je de instrumenten hebben om in te grijpen. Daar hebben wij het Cyber Security Centrum voor.” Opstelten zei dat het centrum, dat onder zijn ministerie valt, zich heeft bewezen als spin in het web.