Binnenland

Staat voelt niet voor compensatie verdachte oude moord

Het onderzoek naar de Zaanse paskamermoord in 1984 is zorgvuldig geweest. Dat de politie in 1986 naar veel later bleek de verkeerde verdachte heeft gearresteerd, levert geen onrechtmatige daad van de Staat op. Bovendien heeft de verdachte in kwestie, de Zaanse fietsenhandelaar Rob van Zaane, de verdenking tegen hem zelf versterkt door wisselende en zelfs leugenachtige verklaringen af te leggen.

ANP
9 October 2003 13:26Gewijzigd op 14 November 2020 00:37

Dat betoogde landsadvocaat C. Bitter donderdag in kort geding voor de voorzieningenrechter in Den Haag. Van Zaane heeft het geding aangespannen om een voorschot op een schadevergoeding te krijgen. Begin 2002 werd, na hernieuwd onderzoek naar de moord, definitief duidelijk dat Van Zaane niets met de zaak te maken heeft gehad. DNA–onderzoek wees uit dat Kemal Erol de moord moet hebben gepleegd. Erol overleed in 1992.

De aan heroïne verslaafde Erol kwam in 1984 ook al in beeld als verdachte. De politie beschikte echter over onvoldoende aanwijzingen om hem te arresteren. Volgens Van Zaane’s advocaat P. Doedens is er in dat eerste politieonderzoek heel wat afgeklungeld. Ook in de jaren daarna zijn er volgens hem genoeg redenen geweest om Erol te arresteren en te vervolgen, maar lieten politie en justitie telkens kansen liggen.

Van Zaane werd in 1986 gearresteerd, op verdenking van de moord op de 21–jarige kledingverkoopster Sandra van Raalten. Zij werd op klaarlichte dag op gruwelijke wijze om het leven gebracht in een paskamer van de Zaanse boetiek waar zij werkte. Politie en justitie meenden dat Van Zaane haar had onderworpen aan een sadomasochistisch spel, dat uit de hand gelopen zou zijn. De rechtbank in Haarlem veroordeelde de fietsenhandelaar tot twaalf jaar cel, het gerechtshof in Amsterdam sprak hem in hoger beroep vrij.

Na opheldering van de zaak vroeg Van Zaane de Staat hem schadeloos te stellen, omdat hij ook na zijn vrijspraak, mede door toedoen van de autoriteiten, te boek is blijven staan als de dader. De Staat was bereid tot onderhandelen, maar wilde niet meer betalen dan ruim 56.000 euro. Van Zaane eist bijna een miljoen euro. In kort geding heeft hij op dat bedrag een voorschot van 400.000 euro gevraagd. De Staat wijst de vordering ook af omdat deze zou zijn verjaard.

De rechter doet uitspraak op 20 oktober.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer