Cultuur & boeken

Kierkegaard ziet zwaarmoedigheid als zonde

Titel:

Harry Groenenboom
8 October 2003 13:34Gewijzigd op 14 November 2020 00:37

”De hysterie van de geest. Melancholie en zwaarmoedigheid in het pseudonieme oeuvre van Kierkegaard”
Auteur: Karl Verstrynge
Uitgeverij: Peeters, Leuven, 2003
ISBN 90 429 1219 7
Pagina’s: 402
Prijs: € 19,-. Het thema zwaarmoedigheid is onlosmakelijk verbonden met het leven van de Deense christen-filosoof Kierkegaard. In zijn kinderjaren reeds gebeurde het dat zijn vader voor hem ging staan, bedroefd het hoofd schudde, en zei: „Arm kind, jij gaat in stille wanhoop rond.” Zwaarmoedigheid speelt in zijn werk dan ook een belangrijke rol. Maar een boek heeft hij er nooit over geschreven. In ”De hysterie van de geest” wordt geprobeerd een indruk te geven van de inhoud van dit ’ontbrekende werk’.

In dit in aangenaam Vlaams geschreven boek onderzoekt de auteur, Karl Verstrynge, wat Kierkegaard over zwaarmoedigheid zegt. Deze noemt dit verschijnsel ergens ”de hysterie van de geest” - dat verklaart de titel van dit boek.

De studie is opgebouwd uit drie delen. In het eerste wordt de geschiedenis van het fenomeen zwaarmoedigheid beschreven. Daarin valt bijvoorbeeld te lezen dat de middeleeuwse geestelijkheid zwaarmoedigheid ”acedia” noemt, of ook wel ”de middagduivel”. Het is een van de kwalen waarvoor een monnik op moet passen omdat ze leidt tot verwaarlozing van het hoogste goed. Zwaarmoedigheid wordt daarom ook als een zonde gezien.

In deel twee wordt ingegaan op de structuur en de inhoud van Kierkegaards oeuvre. Dit vormt de aanloop tot het derde deel, waar verder wordt beschreven hoe het fenomeen zwaarmoedigheid in zijn werk ter sprake komt.

Uit deze studie blijkt dat Kierkegaard onderscheid maakt tussen twee vormen van zwaarmoedigheid. De eerste vorm is onbewust, en wordt door hem meestal ”Melancholi” (melancholie) genoemd. De tweede vorm is in meerdere of mindere mate bewust en wordt steeds aangeduid met het woord ”Tungsind” (zwaarmoedigheid). Dat houdt in dat iemand zich door allerlei verstandelijke overwegingen of ”reflectiebepalingen” afsluit voor andere mensen, en vooral voor God. Want voor Kierkegaard is uiteindelijk alleen de volmaakte christen vrij van zwaarmoedigheid. Zwaarmoedigheid heeft in zijn visie alles te maken met ikgerichtheid, komt daarom altijd voort uit een zondige houding. Daarmee komt hij dicht bij de middeleeuwse opvatting.

Op de achterkant van dit boek wordt gesteld dat het kan worden gelezen als een inleiding tot de filosofie van Kierkegaard. Dit is in zoverre juist dat een centraal thema uit zijn werk, de wijze waarop een mens zich tot zichzelf en anderen verhoudt, uitvoerig wordt onderzocht. Dat betekent echter ook dat de lezer meteen in het diepe wordt gegooid. Als eerste kennismaking met deze denker lijkt het me daarom niet zo geschikt.

Voor wie is dit boek geschreven? Omdat het gaat om een diepgravende wetenschappelijke studie, lijkt het me in de eerste plaats bedoeld voor geïnteresseerden in het Kierkegaard-onderzoek. Maar gezien de aard van het onderwerp en de wijze waarop dit ter sprake komt, kunnen ook psychologen en theologen er hun winst mee doen.

Ten slotte dient te worden vermeld dat Verstrynge recht doet aan het christelijke karakter van Kierkegaards werk. Hij gaat er op een respectvolle manier mee om. Men komt dat wel eens anders tegen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer