Dat hebben de ondernemersorganisaties MKB-Nederland en VNO-NCW aan de stichting Reprorecht en de ministeries van Justitie en Economische Zaken meegedeeld. „Wij zijn nog in gesprek met de uitvoeringsorganisatie Reprorecht over een nieuw systeem van inning. Dat het eenvoudiger moet, is duidelijk. Handhaven van de regels is dan ook veel goedkoper en makkelijker”, aldus secretaris fiscale zaken J. Warmerdam van MKB-Nederland dinsdag.

Bovendien blijkt volgens Warmerdam uit een vergelijking met omringende landen dat de stichting te hoog heeft ingezet door van het begin af aan uit te gaan van een jaarlijkse opbrengst van 70 miljoen euro. „Als wij kijken naar landen als België en Duitsland, is 10 miljoen euro veel realistischer.”

Volgens directeur economische zaken C. Oudshoorn van VNO-NCW komt die 10 miljoen euro ook overeen met het bedrag dat de overheid zelf bij de voorbereiding van wetgeving in 1990 als uitgangspunt nam. Sinds februari bepaalt de wet dat bedrijven een vergoeding moeten betalen voor het kopiëren van werk dat auteursrechtelijk is beschermd.

De hoogte van de aanslag veroorzaakte begin dit jaar direct veel ophef bij ondernemers, omdat de stichting onjuiste schattingen zou maken van de aantallen kopieën. Bij MKB-Nederland zijn ongeveer 4500 klachten binnengekomen en bij VNO-NCW vele honderden. Staatssecretaris Van Gennip van Economische Zaken deed in augustus -geschrokken van het aantal klachten- een beroep op de stichting om met de ondernemersorganisaties om de tafel te gaan zitten.

Tot grote tevredenheid van VNO-NCW heeft Reprorecht zich vervolgens zeer terughoudend opgesteld bij het innen van de kopieerheffingen. De ondernemersorganisatie hoopt dat er nog voor het einde van het jaar met de ministeries van Justitie en Economische Zaken afspraken vallen te maken over „een billijker systeem voor reprorechtvergoeding.”

Volgens MKB-Nederland en VNO-NCW moeten bedrijven in drie groepen worden onderverdeeld. De ondernemingen zonder kopieerapparaat moeten direct worden vrijgesteld van een heffing. Bedrijven die jaarlijks minder dan 50.000 kopieën maken, zouden per jaar tussen de 10 en 15 euro moeten betalen. Ondernemers die meer dan 50.000 kopieën maken, zouden per kopie moeten betalen. „Daarbij kun je uitgaan van 0,50 euro per 1000 kopieën”, stelt Warmerdam.

Staatssecretaris Van Gennip is blij dat de betrokken partijen nu aan tafel zitten en blijft het overleg met interesse volgen. Ze ziet voor zichzelf pas een rol weggelegd als de partijen er in het overleg niet uitkomen.