Eenentwintig, voornamelijk uit Bulgarije afkomstige, vrouwen wachten al anderhalf jaar op de vergunningen, die verstrekt moeten worden door de minister van Vreemdelingenzaken en Integratie en, als het om werkvergunningen gaat, door de Centrale Organisatie Werk en Inkomen (COWI). Hun raadsman A. van Driel bevestigde dinsdag tijdens een rechtszaak bij de Raad van State dat de vergunningen nog niet zijn verleend.

De burgemeester stelt dat de vrouwen en de exploitanten van de bordelen aan de Bokkingshang hierdoor in strijd handelen met de Algemene Plaatselijke Verordening (APV). Een woordvoerder van de burgemeester wees er bij de Raad van State op dat de burgemeester niets kan doen aan de trage afhandeling van de ingediende vergunningsaanvragen.

De burgemeester heeft de exploitanten Neos Beheer B. V. en Stavast Overijssel B. V. om die reden een sluitingsbevel opgelegd van vier weken. Dit bevel is niet ten uitvoer gelegd omdat de rechtbank in Zwolle heeft ingegrepen. De rechtbank besliste dat de vrouwen vrijwel allemaal afkomstig zijn uit zogenaamde associatielanden, waardoor ze zich betrekkelijk eenvoudig als kleine zelfstandige in de landen van de Europese Unie kunnen vestigen. Vereist is wel dat ze aanvragen hebben ingediend voor verblijfs- en werkvergunningen.

In afwachting van de afhandeling van hun aanvragen mogen de vrouwen, die zich officieel hebben verenigd in de Vereniging Deventer Vrouwen, blijven werken, aldus de Zwolse bestuursrechter in januari dit jaar.

De burgemeester erkent inmiddels dat de Oost-Europese vrouwen rechtmatig in Nederland verblijven. Ze hebben een sticker van de Vreemdelingendienst in hun paspoort. Maar om te kunnen werken in een EU-land is meer nodig, zoals een werkvergunning volgens de Wet arbeid vreemdelingen (WAV).

Bovendien werken er aan de Bokkingshang volgens de burgemeester ook vrouwen uit niet-associatielanden zoals Estland, Litouwen en Oekraïne. „De rechtbank wil dat de burgemeester instemt met een strijdige situatie”, zei de woordvoerder in hoger beroep bij de Raad van State. Uitspraak van de hoogste bestuursrechtbank volgt binnen enkele weken.