Politiearchieven in Argentinië geopend
De Argentijnse politie heeft al vanaf 1957, ver voor de militaire dictatuur van 1976-1983, vakbonden en oppositieorganisaties geïnfiltreerd en duizenden Argentijnen in de gaten gehouden. Dat blijkt uit dossiers die onlangs openbaar zijn gemaakt
De archieven van de inlichtingendienst van de politie werden in 1998 gevonden achter een muur in een gebouw waar thans de Commissie voor Herinnering is gehuisvest, een onafhankelijke mensenrechtenorganisatie die de dossiers beheert. Zij bevatten veel gegevens over mensenrechtenschendingen en kunnen worden gebruikt bij het berechten van voormalige functionarissen van de militaire junta, zei Mariana Amieva, bibliothecaresse van de commissie. Dossiers die betrekking hebben op de periode van de militaire dictatuur zijn aan justitie overgedragen.
Uit de dossiers blijkt dat de politie de gangen naging van meer dan 250.000 mensen en dat ze niet alleen vakbondsvergaderingen, maar ook privé-bijeenkomsten infiltreerde. Mensen werden om de minste reden in de gaten gehouden: omdat ze lid waren van een vakbond, aan een bepaalde universiteit studeerden of tot zekere religieuze of politieke groepen behoorden. Sommigen werden aangemerkt als „subversieve delinquenten.”
Mensenrechtengroepen zijn blij met het de publicatie van de dossiers, die nieuw licht werpen op de rol van de politie tijdens de militaire dictatuur. „Het bevestigt wat wij al wisten”, zei Flora Marian de Sersorvendino van de groep Grootmoeders van de Plaza de Mayo.
Sinds de nieuwe Argentijnse president Nestor Kirchner in augustus zijn zegen gaf aan een parlementsbesluit om twee amnestiewetten uit de jaren ’80 in te trekken, zijn tal van voormalige militaire en politiefunctionarissen uit de juntaperiode opgepakt. De nu openbaar gemaakte dossiers kunnen worden gebruikt om de aanklachten tegen hen te onderbouwen.