Het museum houdt de expositie ter gelegenheid van het 400-jarig bestaan van de grachtengordel dit jaar. De prenten zijn afkomstig uit de verzameling van het Koninklijk Oudheidkundig Genootschap en waren bijna een halve eeuw niet te zien. De laatste tentoonstelling met deze tekeningen vond plaats in 1966, in het Rijksmuseum.

In Het Rembrandthuis wordt de bezoeker meegenomen van de stadsrand naar het centrum. „De expositie is opgezet als een wandeling door Amsterdam”, zei samensteller Leonoor van Oosterzee vrijdag. Vrijwel elke tekening is vergezeld van een foto die laat zien hoe de plek er nu uitziet. Medewerkers van het museum trokken daarvoor afgelopen zomer met hun camera de stad in.

Op de tentoonstelling is duidelijk te zien hoeveel is veranderd de afgelopen eeuwen. Zo toont het museum een aantal tekeningen van Herman Misset (1875-1958), die stadsgezichten vastlegde die ingrijpend gingen verdwijnen. Op een tekening van begin vorige eeuw tekende hij de Overtoomsevaart, vlak voordat de gracht in 1904 werd gedempt. Tegenwoordig is de Overtoom een drukke verkeersader in Amsterdam.

Wouter van Troostwijk tekende in 1805 een weiland met koeien. Dit is inmiddels onherkenbaar veranderd in de drukke Linnaeusstraat in het oosten van Amsterdam. Soms bleef de plek op de prent ongewis. De oudste tekening dateert van 1607 en is gemaakt door Claes Jansz. Visscher (ca. 1587-1652). Hij tekende een riviertje met enkele bomen en een boerderij. „We weten dat het ergens langs de Amstel is, maar de precieze locatie hebben we niet kunnen achterhalen”, verklaart Van Oosterzee.