Volgens dit stuk heeft de Tweede Kamer maar een beperkt inzicht in de gevolgen van bezuinigingen. Dat blijkt uit een inventarisatie bij 22 uitvoeringsorganisaties die de Rekenkamer heeft verricht.

Dit kabinet bezuinigt –inclusief de maatregelen uit het Lenteakkoord– 28,4 miljard euro, bovenop de 18 miljard die al door het vorige kabinet werd aangekondigd. Als dit leidt tot het versoberen of afstoten van taken bij uitvoeringsorganisaties zou de Tweede Kamer daarbij betrokken moeten zijn, zegt de Rekenkamer. Volgens haar is dat op dit moment slechts „beperkt het geval”.

Ze noemt als voorbeeld de NVWA, die onder meer toezicht houdt op de hygiëne in de horeca en op de kwaliteit van levensmiddelen die Nederland importeert. Deze organisatie zegt door de bezuinigingen minder inspecties te kunnen uitvoeren.

Het ministerie van Financiën schrijft in een reactie dat het kabinet wel per uitvoeringsorganisatie aan de Kamer wil duidelijk maken hoeveel er bezuinigd moet worden, maar niet hoe de organisaties die bezuinigingen uitvoeren. De Rekenkamer noemt dat „spijtig”. Inzicht in de gevolgen van de bezuinigingen is volgens haar noodzakelijk om ze op een verantwoorde manier te kunnen doorvoeren.

Een woordvoerder van Financiën tekent aan dat het ministerie het met de Rekenkamer eens is dat er open gerapporteerd moet worden over hoe uitvoeringsorganisaties hun bezuinigingen invullen. Het departement vindt jaarverslagen van uitvoeringsorganisaties daarvoor het meest geschikte middel. Overigens constateert de Rekenkamer zelf dat de organisaties vaak doelmatiger blijken te kunnen werken zonder dat dat gevolgen heeft voor de uitvoering van hun taken, zo onderstreept de woordvoerder.