Vlaamse regio eist garanties van Ford
De Vlaamse regioregering eist dat Ford harde garanties geeft over toekomstige investeringen in de productievestiging in Genk in Belgisch-Limburg. Anders geeft de regio geen investeringspremie van 50 miljoen euro.
Ford maakte woensdag bekend zeker eenderde van de 9000 banen in Genk te schrappen. Een investering van 900 miljoen euro in Genk gaat niet door, vanwege de zwaar tegenvallende verkoop van nieuwe auto’s. De productie van de nieuwe Ford Focus gaat daardoor aan Genk voorbij.
Voorts schrapt Ford de nachtploeg in Genk. Eind dit jaar beslist het Amerikaanse concern ook of de productie van de nieuwe Mondeo na 2006 in Genk blijft plaatsvinden. De slecht verkopende Mondeo is het enige Ford-model dat overblijft voor Genk. Bonden en Belgische regering vrezen dat Ford eind dit jaar de stekker er helemaal uittrekt in Genk.
Woensdag beschuldigde een woedende Belgische premier Verhofstadt Ford nog van woordbreuk omdat het de eerder toegezegde investering schrapte. Het concern zou daardoor volgens hem ook geen recht meer hebben op een premie van de regionale overheid van 50 miljoen euro, die was bedoeld voor investeringen in de productie van de Focus.
Regionaal premier Somers, partijgenoot van de liberaal Verhofstadt, zegt nu het geld toch aan Ford te willen geven. Daarvoor moeten er wel harde garanties komen voor de periode na 2006. Somers zegt verder dat de overheid zich niet als „schaamlap” laat gebruiken om de sociale vrede bij Ford te handhaven. „We laten ons niet misbruiken om het sociale overleg over afvloeiingsregelingen te vergemakkelijken.”
De directie van Ford Europa, waarmee Somers maandag zal overleggen, heeft gedreigd Genk zo snel mogelijk te sluiten als er stakingen uitbreken. De actiebereidheid bij het personeel is overigens zeer matig. Werknemers vrezen ontslag als zij aan acties deelnemen. De bonden kunnen nauwelijks vrijwilligers vinden om de fabriek bezet te houden. De bezetting moet tot maandag doorgaan. Ford gaf overigens al het personeel voor de rest van deze week vrijaf.
Ondertussen vrezen allochtonenorganisaties in Genk voor een sociale ramp. Een kwart van het Ford-personeel bestaat uit laaggeschoolde migranten, die mogelijk als eerste op straat komen te staan. Zij maken weinig kans op de arbeidsmarkt. Om te bezuinigen heeft Ford overigens de steun aan tal van culturele organisaties en sportclubs van migranten twee weken geleden al stopgezet.
Bij de Duitse vestiging van Ford verdwijnen tegen het einde van het jaar ongeveer 1700 banen of 6 procent van het aantal werknemers. Verder zal Ford in de komende maand in Noord-Amerika 1700 werknemers met een tijdelijk dienstverband de laan uit sturen, worden 1300 vacatures niet opgevuld en worden vijftig werknemers met een vast contract ontslagen.