Allochtonen kritisch over eigen organisaties
Allochtonen blijven niet achter in de kritiek die bestaat op de zelforganisaties van minderheden.
In hun ogen houden deze organisaties soms het beeld van zielige allochtonen levend, ze hebben geen contact met hun achterban, belemmeren de samenwerking tussen verschillende etnische groepen en werken vaak eenzijdig.
Dat vonden althans de vertegenwoordigers van diverse minderhedenorganisaties die donderdag in de Tweede Kamer door de tijdelijke commissie Onderzoek Integratiebeleid werden gehoord. Verder verklaarden allochtone vrouwen voor de commissie, dat het nu aan de mannen is om te emanciperen. Zij belemmeren niet alleen de ontwikkeling van vrouwen, maar ook die van henzelf.
A. Larouz van de stichting Tans, een netwerkorganisatie voor hoger opgeleide allochtonen, wil geen overheidssubsidie omdat hij de achterban niet ziet als „zielige allochtonen”. Ook vindt hij dat veel zelforganisaties alleen gericht zijn op problemen en niet de positieve prestaties van allochtonen in Nederland benadrukken. Larouz voelt zich als Nederlandse Marokkaan door geen van de vele zelforganisaties vertegenwoordigd.
Bestuurslid H. Felter van Tiye International, een organisatie voor zwarte en migrantenvrouwen, zegt dat de organisaties op basis van etnische afkomst verschillende groepen tegen elkaar uitspelen. „Wij waren dat zat en staken als zwarte vrouwen de koppen bij elkaar, ongeacht onze afkomst.”
K. Sietaram van de Stichting Lalla Rookh Nederland, een organisatie voor Hindoestaanse immigranten, vindt veel organisaties te eenzijdig. Hij waarschuwt dat wanneer een organisatie zich alleen richt op bijvoorbeeld religie dit „niets bijdraagt aan de integratie”.
Alle drie benadrukken dat het voor de integratie wel belangrijk is dat de overheid met allochtonen in gesprek blijft. Positiever over de zelforganisaties was H. Kesmer van de Turkse Arbeidersvereniging. Het moeten wel democratische organisaties zijn waar open discussies mogelijk zijn. Deze verenigingen leiden vaak naar een actieve deelname aan de maatschappij. „Succesvolle allochtone vrouwen van nu hebben altijd een verenigingsleven achter zich.”
Om verder te komen met integratie is emancipatie van de mannen van het grootste belang, stelde Z. Arda, directeur van een adviesbedrijf. „Vrouwen struikelen over de mannen, die niet meegroeien in de maatschappij.” Volgens haar geven de mannen hun comfortabele positie niet zomaar op. „Die positie is zogenaamd gebaseerd op religie of cultuur. Maar vaak is het luiheid of gemakzucht van hun kant”, aldus Arda.