Plasterk ziet nog te veel topinkomens
DEN HAAG (ANP) – Te veel mensen in dienst bij de (semi)overheid verdienen nog te veel geld. Dat zei minister Ronald Plasterk van Binnenlandse Zaken dinsdag bij de presentatie van de laatste cijfers over topinkomens van werknemers in deze sector.
Uit de rapportage blijkt dat in 2011 het aantal topinkomens opnieuw is gestegen in vergelijking met het jaar daarvoor. In totaal verdienden 2651 mensen bij 493 organisaties meer dan 193.000 euro. Gemiddeld lag hun salaris op 218.783 euro. Circa 90 procent van de overschrijdingen vindt plaats in de zorg.
De komende jaren zal het aantal grootverdieners in overheidsdienst afnemen. Per 1 januari is de Wet Normering Topinkomens in werking getreden. Dat betekent dat bestuurders in de (semi)publieke sector niet meer mogen verdienen dan 130 procent van een ministerssalaris.
De leidinggevenden gaan er niet direct op achteruit. De eerste vier jaar blijft het salaris gelijk waarna in de drie volgende jaren het salaris wordt teruggebracht naar de Balkenende-norm. Plasterk had hun inkomen „het liefst van de ene op de andere dag” naar beneden bijgesteld, maar dat mag niet van de wet.
Hij zou het een mooi gebaar vinden als topbestuurders vrijwillig sneller zouden teruggaan in salaris. Daarmee zouden ze een voorbeeld voor anderen zijn. Maar Plasterk vindt ook dat er gekeken moet worden of de laag onder de top niet te veel geld mee naar huis neemt. Hij streeft naar een „sobere overheid”.