„Het INTA-dossier is een van de honderden die mijn kantoor onderzoekt en daarbij worden nog geen mensen aangeklaagd. Daarvoor is overtuigend bewijs nodig”, benadrukt Rafecas. „Het is mogelijk dat er verwachtingen bestaan bij de advocaat die de zaak aanhangig heeft gemaakt, maar dat is een ander gezichtspunt”, tekende de onderzoeksrechter aan.

Aan de kant van de slachtoffers, vertegenwoordigd door advocaat Rodolfo Yanzón, leeft de verwachting dat er nu in de landbouwsector verantwoordelijken voor verdwijningen, martelingen en onrechtmatig ontslag kunnen worden vervolgd. Jorge Zorreguieta, de vader van prinses Máxima, zou daar één van van zijn. Hij was onderminister van landbouw tijdens de militaire dictatuur (1976-1983) in Argentinië en had daarvoor onder andere een belangrijke functie bij de Argentijnse Landbouwassociatie, SRA.

Afgelopen week meldde de Argentijnse krant Pagina 12 dat de Argentijnse justitie een onderzoek heeft ingesteld naar Zorreguieta’s vermeende betrokkenheid bij de verdwijning van vier mensen en bij het vermoorden en ontslaan van mensen in de landbouwsector die niet akkoord waren met de politiek van de Argentijnse dictatuur. Samen met Zorreguieta wordt onder anderen zijn politieke baas, de toenmalige minister van Economische Zaken José Alfredo Martínez de la Hoz, onderzocht.

Er bestaat nu meer hoop op vervolging omdat zaken worden samengevoegd en niet zoals voorheen één voor één worden behandeld. Zorreguieta heeft altijd gezegd dat hij niets van het laten verdwijnen van mensen wist. Advocaat Rodolfo Yanzón was maandag niet bereikbaar voor commentaar.