Het Legermuseum is nu nog gevestigd op een historische locatie: het Armentarium, een voormalig wapendepot in het centrum van Delft. Onder anderen Napoleon en diverse prinsen van Oranje bezochten het pand, dat is gebouwd in 1604.

Het museum, dat volgend jaar een eeuw bestaat, kreeg het pand 26 jaar geleden in gebruik. Volgens directeur Chris Ronteltap was het nodig om te verhuizen. „In de zomer is het hier te warm en in de winter te vochtig. Bovendien is de manier waarop de collectie wordt getoond niet meer van deze tijd. De tentoonstelling heeft nu een chronologische opzet. We beschrijven de geschiedenis vanaf de Romeinse tijd tot aan de vredesmissies. Op de nieuwe locatie gaan we thematisch werken. We laten bijvoorbeeld zien wat de positie van Nederland in de wereld is en wat het is om militair te zijn.”

In tegenstelling tot bijvoorbeeld musea over de Tweede Wereldoorlog beeldt het Legermuseum niet een bepaalde tijdsperiode uit, maar wordt de geschiedenis van de landmacht getoond. In het nieuwe museum in Soesterberg zal de betekenis van de gehele krijgsmacht centraal staan. Het Legermuseum gaat namelijk samen met het Militaire Luchtvaart Museum in Soesterberg, dat over enkele maanden de deuren sluit.

Voor het nieuw te vormen museum wordt op de voormalige vliegbasis een compleet nieuw onderkomen gebouwd. In het pand kunnen mensen voertuigen, wapens en informatie niet alleen bekijken, maar is er vooral veel te doen. Buiten het gebouw komt een arena, waar tanks en pantservoertuigen demonstraties zullen geven.

De collecties van de twee musea worden samengevoegd. Bovendien wordt samengewerkt met drie andere musea die over de krijgsmacht gaan. Ronteltap: „We krijgen een doorverwijsfunctie voor het Marinemuseum in Den Helder, het Marechausseemuseum in Buren en het Mariniersmuseum in Rotterdam.”

De komende anderhalf jaar wordt de collectie van het Legermuseum gerestaureerd. Bovendien gaan sommige voorwerpen die in bruikleen zijn terug naar de oorspronkelijke eigenaar. Van datgene wat overblijft, gaat niet alles mee naar Soesterberg. „We denken er goed over na wat we nog willen tonen en bewaren. Delen van de collectie gaan naar andere musea in Nederland.” Er zullen uiteindelijk ook museumstukken worden vernietigd. „Het is bijvoorbeeld niet nodig om van één type wapen 200 exemplaren te bezitten. Een aantal van die wapens wordt door Defensie vernietigd.”

Het doel van het nieuwe 
museum is zo veel mogelijk mensen kennis laten maken met de betekenis van de krijgsmacht voor de samenleving. „Vroeger zaten door de dienstplicht veel mannen in het leger. Daardoor had het leger veel bekendheid. Nu is er onder de mensen minder kennis over de krijgsmacht.”

De afgelopen maanden heeft het Legermuseum actie gevoerd om bezoekers binnen te halen. De toegang is bijvoorbeeld deze laatste periode gratis. „Het bezoekersaantal is de laatste tijd verdubbeld. Er zijn vooral veel Delftenaren gekomen. Want het museum blijft bestaan. Maar voor inwoners van Delft verdwijnt er een stukje historie.”

Lees hier een Kitsartikel over het Legermuseum.

Lees hier meer artikelen over het Legermuseum, uit Digibron.